woensdag 22 juni 2016

In The Navy!

 Afbeeldingsresultaat voor rfa sir tristram




Why was he born so beautiful,
Why was he born at all,
He's no fucking use to anyone,
He's no fucking use at all,
He should be publicly pissed on,
He should be publicly shot (bang, bang),
He should be tied to a urinal,
And left there to fester and rot.

Ja, dat zijn niet mijn woorden, hoor. Dat zijn woorden die ik hoorde en mee brulde bij een plaatsing aan boord van RFA Sir Tristam, een schip dat wereldfaam verwierf tijdens de en Falkland oorlog. Het schip werd geraakt door een aantal Exocet raketten, (zie foto boven) kon ternauwernood aan de grond gezet worden in Port Stanley, maar werd later geborgen en op een heel groot transport schip gezet en naar de UK gebracht. Daar werd ze helemaal herbouwd, zeg maar gebotoxed, en diende nog jaren in allerlei oorlogsgebieden, zoals de Golf en in bij de Balkan. Een trots schip met een enorm oorlogsverleden. Geen oorlogsschip, maar een RFA, een Royal Fleet Auxiliary, een "hulpschip" van de vloot. Dat was een dienst van schepen die geen RN, ofwel Royal Navy, schepen waren, maar wel in dienst van het ministerie van Defensie. De bemanningen waren zeg maar: burgerambtenaren in dienst van de staat en die schepen hadden die kwalificatie ook. Ze werden vaak bemand door oud marinemensen, die een formele status hadden, maar geen militair meer waren. Bij de RN kan je met 22 dienstjaren al met pensioen, zeg maar. Dat pensioen was vaak niet al te dik. Veel oud RN mensen kochten een kroeg of iets dergelijks en velen namen dan weer als 'semi-burger' dienst bij de RFA. Dus waren de RN en de RFA verlengden van elkaar, om het zo maar te noemen.
Hoewel veel van mijn NL collegae enorm overgeven als het op de Engelse marine aankomt, ben ik hun mening niet helemaal toegedaan. Ik heb de Engelsen, de Butsen, hun marine en ook hun Korps, altijd enorm gewaardeerd, zeker als het om hun historie gaat of ging. Want, geschiedenis en heldenfeiten hebben die gasten zat. Ik heb een heel aantal boeken in mijn kasten staan over de geschiedenis van de RN, maar over de geschiedenis van onze eigen KM zijn er niet al te veel boeken verschenen, helaas. Maar goed, tot daar aan toe. 

Ik was met een van de Mariniers bataljons voor de wintertraining in Noorwegen en vervulde daar de rol van Medical Liasion Officier, samen met een KPLMARNS, die mijn chauffeur was. Wij werden, na de aanvankelijke training, van Trondheim naar Narvik of zo verscheept voor de ENDEX, de eindoefening, en dat ging aan boord van de Sir Tristram. Omdat we nu zogenaamde "embarked forces" waren huisden we in de daarvoor bestemde verblijven en aten de maaltijden die voor de "Haute Cuisine" van de Sir Tristram moesten doorgaan. Je kent het allemaal wel: baked beans en sausages, scrambled eggs en spaghetti bij het ontbijt, ongekookte aardappelen en overkookte groente en een taai stuk vlees voor dinner. Enfin, we hadden onze noodrantsoenen nog en ach, der was een pint te krijgen aan boord, dus!
Na die eind oefening vloog het grootste gedeelte van het bataljon terug, maar mijn chauffeur en ik bleven onze Ambu trouw, zo'n fraaie nieuwe LARO, (man wat een heerlijke bak om in te werken en te rijden), en we embarkeerden dus weer, in Narvik, met de andere voertuig bestuurders, om ons terug te varen naar Vlissingen. De kick saus daarbij was dat ik dus ook de ziekenpa van ons KM detachement zou zijn. We waren nog niet aan boord of de commandant van ons detachement, een majoor van het korps, kwam al naar me toe: 'Ik weet niet wat je uitgevreten hebt, adjudant, maar de eerste officier wil je spreken. Hij is op de brug, dat is ..' 'Dank u majoor, ik weet waar de brug is, hoor!' Ik was benieuwd wat het zou zijn, ik had, jullie kennen me, als altijd een onbevlekt blazoen, natuurlijk. De aap kwam al gauw uit de Engelse mouw. De onderofficier ziekenverpleger van de Tristram was teruggevlogen naar de UK met hartklachten en, vroeg de eerste man, wilde ik de medische dienst zou verzorgen, gedurende de terugreis. Ik zou dan in de ziekenboeg kunnen slapen en kon, ik was een Warant Officer, in de longroom kunnen eten en recreëren. Nou ja, dat van die ziekenboeg runnen vond ik natuurlijk helemaal niet erg. Het was een fraaie ruimte en goed geoutilleerd. Ik had daar mijn eigen kooi en ja, dat is ook niet mis.
Wat wel mis was, was het verblijf bij die officieren. Ik was, op een enkele na dan, toch al niet zo op bak 1, zoals officieren in de KM genoemd werden, maar bij de Butsen slaat bak 1 werkelijk alles! De longroom besloeg ongeveer een derde van het, ruime, achterschip. Die twintig 'pax' hadden meer ruimte dan de rest van de bemanning samen. En, of ze niets geleerd hadden van de Falkland oorlog: de vloerbedekking had dermate hoogpolig tapijt, zodat je nauwelijks je enkels kon zien. Bij de middagmaal, stukken beter dan wat de rest van de crew kreeg voorgeschoteld, natuurlijk, werd je bediend door een aantal als scharen knikkende hofmeesters. Hebben jullie wel eens een serie als Downton Abbey of zo gezien? Nou, daar leek het heel akelig veel op. Bijna achter elke stoel stond zo'n 'footman', er was genoeg "vreetgereedschap" bij elk bord om een hele bataljon van te kunnen voorzien en de wijnen die geschonken werden waren behoorlijk goed. De taal aan tafel was van dat Upper Oxford: What eh, old chum, I say, dear chap, jolly good show, old man, nu ja, je kent het wel.
Nee, dat was nou niet mijn cup of tea, zeg maar. 
Omdat ik de schipper, de baas van het onderofficier verblijf nog van de heenweg kende, vroeg ik of ik bij hun kon komen recreëren. Dat was hem: "A pleasure, mate, bloody effing officers eh? La di da bloody pufters, them lot!" Van af dat moment, we voeren van Narvik naar Vlissingen terug, zoals gezegd, een tocht van een dag of vijf, heb ik een van de beste periodes van mijn varend bestaan gehad. De (semi) onderofficieren, het waren geen militairen, doch in rang gelijk gesteld aan, waren bijna allemaal boerennachtsgast. Fraai woord voor hen die geen wachten lopen aan boord. Elke avond was de tap los. Engels bier uit blik, dat wel, maar ja, beggars can't be choosers and all of that, eh what?
Na een pint of twee kwamen de verhalen, de songs, de spelletjes. Van een van de songs die ik me herinner heb ik wat regels doorgegeven hierboven. Een van de spelletjes die ik me herinner is dat er lui zijn die door hun eigen armen kunnen springen! Strengel je vingers ineen, maak een boog tot ongeveer iets voorbij je knieën en spring daar door heen, natuurlijk je vingers vast blijven houden! Of: hou de halzen van twee bierflessen vast, ga op je tenen en die flessen liggen en loop vanaf je schouders naar voren tot je armen helemaal zijn uitgestrekt en weer terug. 
(DO NOT TRY THIS AT HOME!)

Bak 1 deed aan "Spunk on a biscuit." Misschien wel bevredigend, maar nauwelijksportief, toch?
(Ook hier geld: DO NOT TRY THIS AT HOME!)
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten