zaterdag 30 december 2017

Over lekker lezen, deel drie

Afbeeldingsresultaat voor Roothaert foto

Dus heb ik het boek 'Munich'  van Robert Harris, de befaamde thriller schrijver die onder andere 'Fatherland' en 'Enigma' schreef, terug gebracht naar de bieb. Een boek dat me aanvankelijk heel erg trok, het ging namelijk over de onderhandelingen in München in 1938, tussen de Engelse premier Chamberlain en en de dictator van Duitsland, Adolf Hitler.
Ik was wel helemaal benieuwd om het boek te lezen, mag ik je wel zeggen, het thema beviel me erg.
Maar, ik begon aan het boek en nee, dat boek was taai en bereikte me niet, ik kwam helemaal niet in het verhaal. Goed, zoiets ligt aan mij, de lezer, waarschijnlijk. Ik heb het zelfde ook een beetje met het laatste boek van Ruiz Zafon, 'Het labyrinth der geesten' het p(l)akt niet. Het maakt geen indruk. Het zijn wel allemaal nieuwe boeken, dat wel, ze zijn net net een maand of wat uit, maar nee, helemaal geen 'klik' met die werken. Terwijl ik, de afgelopen zomer al de boeken van Zafon en Harris heb herlezen?!

Dit, dat niet plakken, dat niet interessant zijn van boeken,dat niet gegrepen worden door die boeken, is in tegenstelling tot bijvoorbeeld: 'Een avondje in de Muscadin', uit de jaren vijftig van de vorige eeuw, van, lees hier onder, Roothaert.
Ondertussen ben ik wel helemaal, ik schreef het al, in de ban van die Mr. A. Roothaert geraakt, ik schreef al eerder over hem. Maar nu wil ik meteen eens iets opklaren. Die Mr., ja, hij was afgestudeerd jurist, heeft vaak gepleit en zo, nu ja, die Anton Roothaert is in zijn gehele leven in verband gebracht en beschuldigd van, antisemitisme en van vreemdelingenhaat. Da's naar en daar is overigens geen ene moer van waar. Roothaert was een man die geen anti gevoelens had, Roothaert was een gevoelige man, zonder na-ijver en hij had al helemaal geen anti Joodse of anti buitenlander gevoelens. Nu ja, hij had iets tegen de 'fijne' katholieken.
Ik las, jaren geleden, het eerste boek dat de man ooit schreef: 'Spionage in het Veldleger' en, hoewel het boek in de jaren twintig stijl was geschreven, was ik meteen verkocht, zo goed en zo mooi was het. Niet alleen door het verhaal natuurlijk!

(Een zijstap: oké de boeken van A.M. de Jong, over Merijntje Gijzen heb ik ook verslonden, net als zijn "Dagboek van een Landstormman' en 'Frank van Wezels roemruchte jaren'. Fantastische boeken over de mobilisatie van 1914-'18 door Nederlandse ogen bekeken! Die boeken waren ook heel fraai en goed leesbaar, net als de Merijntje boeken!)

Maar soit, ik las, ik schreef het al eens, het boek 'De vlam in de pan' van die Roothaert. In dat boek vertelde hij hoe hij, als reserve kapitein, de meidagen van 1940 was doorgekomen, nadat vele regeringen de vaderlandse defensie tot op het bot hadden uitgekleed. Door zijn eerlijke boek, je kunt het via Internet bestellen en ik raad het je aan om dat te doen, werd hij uiteindelijk voor slechte Nederlander uitgemaakt, hij zou heulen met de bezetter. Hij vertelde namelijk eerlijk dat het NL leger zich geweldig weerde, dat de NL soldaten een enorme motivatie hadden, maar ja, wapens, als ze die al hadden, uit het jaar nul. De Duitsers waren veel beter voorbereid, maar het Nederlandse leger had zich enorm verweerd. Maar, defensie was verraden door de regering en de politici van die jaren. Ja, der speelt in zijn leven en loopbaan meer, natuurlijk, een nare echtscheiding en zijn haat tegen alles wat RK is en zo.
Dus Mr. Roothaert verbleef, na de oorlog, de rest van zijn leven in België, waar hij, niettegenstaande het RK bestaan in dat land, gewoon kon blijven schrijven en uitgeven. Je kunt, hij is natuurlijk al jaren dood, al zijn boeken bestellen via het net, goedkoop en snel geleverd.

Maar ook las en kocht ik boeken van Antoon Coolen, die fraaie (Brabantse) romans schreef. Ik gaf al eens aan dat Dorp aan de Rivier tot een Nederlands pronkstuk moest zou gaan behoren, zuks dan, want het is een geschiedenis over een bestaande arts, ene Wiegersma, waarvan zijn huis nog steeds bestaat en zijn tuinpad ook nog. Hierover schreef ik ook al: Het tuinpad van mijn vader!
Om maar te zeggen dat de 'oudere' NL literatuur veel heeft. Niet alleen die mensen, randfiguren in de NL literatuur zoals de lafbekken Ter Braak en Du Perron, die ik in het vorige Blog nog net niet 'afzeek', maar dat binnenkort wel ga doen, maar vooral de goede schrijvers uit het Interbellum, die jaren tussen de wereldoorlogen, hebben het vaak voor hun kiezen gehad..
=later meer=

donderdag 28 december 2017

Over lezen en zo (2)

Emile Zola.jpg


Nu ja, voortbordurende op het vorige Blog in deze (vrij) nieuwe reeks, vertelde ik al dat ik in Mokum terecht kwam en Innes en Reeman ontdekte, geen hoge literatuur, natuurlijk. Gewoon spannende verhalen van oudere heren die, rond WO1 geboren, de oorlog aan den lijve hadden ondervonden en daar spannende verhalen over vertelden. Daarnaast waren er, in die spannende jaren zeventig, nog heel veel schrijvers die spanning brachten, denk aan Alistair MacLean, Geoffrey Jenkins, Martin Dibner, hoewel die iets later was, maar ook aan mensen als Justin Scott, Fullerton en Basset. 
Nu jullie ogen tuiten, zeg maar, wil ik alleen zeggen dat je niet alles gelezen kunt hebben en ja, ik heb natuurlijk veel schrijvers compleet, maar ook heel veel niet.
Op een gegeven moment trok ik bij een dame in, die nog bij haar moeder woonde, en daar hadden ze bijvoorbeeld Zola en Lampo en meer van die echte literatuurpausen. Ik begon voorzichtig met Zola, (zie foto) hebbende gehoord dat hij een 'deksels moeilijke schrijver' was. Maar man, oh man, wat viel dat mee. Zola was een naturalist en vertelde, goed, wel in de taal van die jaren, maar zo fraai geschreven, over de meest uiteenlopende onderwerpen. Over de mijnwerkers en hun lot, over 'de buik van Parijs' dat waren dan de Hallen, de enorme markt waar alle verse producten voor die stad werden verhandeld. Hij schreef ook over de verloren oorlog van de Fransen in 1870-/1871 tegen de Pruisen, hij vertelde dat allemaal in het kader van een grote familie, de Rouchon Macquart's. Een serie, vuistdikke romans van 21 delen. (Ik heb eerder over Zola geschreven in mijn geschiedenis Blog, zie daar.) Ik heb ze niet allemaal kunnen lezen, overigens, de familie had slechts vier of vijf delen van die serie.
Goed, over Lampo dus, mijn grotere held in die dagen. De man schreef, vanaf de jaren vijftig,  zogenaamde "magisch realistische" romans, waarbij het meest bekende werk wel 'De Komst van Joachim Stiller' was en is. Ik verslond zijn werk(en). Ik heb het, hij is al jaren overleden, helemaal compleet, maar, het is, laat ik het zo zeggen, niet meer helemaal genietbaar. Op zijn oudere dag werd hij wat zeurderig en te romantisch, zoiets. Hij ging een soort suikertaarten proza schrijven, maar ik ben hem nog steeds trouw en herlees, te hooi en te gras, nog wel eens wat van hem, natuurlijk vooral het oudere werk. Momenteel gaat hij van een ereplaats in een van slaapkamers naar de grote zolder van onze woning. 
Daarna moest ik overstappen, vond ik, naar de Nederlandse literatuur, Lampo was een Vlaming, natuurlijk en ja, de Hollandse letteren moesten geëerd, denk ik?
Helaas moest ik al heel snel niets hebben van de Nederlandse literaire wereld. Ik las wat van Reve, in al zijn namen en naamsveranderingen. Die man is onleesbaar en een prut schrijver. Niet volgbaar! Van Mulisch las ik ook wel eens wat, maar ja, de man was zo ingenomen met zichzelf dat dat op elke bladzij van al zijn boeken doorklonk. Wolkers, ging, niet alles maar vooral de pagina's over je-weet-wel, gingen er in als koek. Hermans was heel scherp en ik heb slechts een of twee van zijn boeken echt begrepen.
Zo sukkelde ik de jaren tachtig in. Ik las Tolkien, whoaw, ik las Forester, later Eco, Stockwin en Harris en Kerr en man, man, man, wat een schrijvers! Momenteel heb ik het laatste boek van Robert Harris, Munich, klaar liggen. Ik ben er een paar keer in begonnen, maar kom niet in het verhaal.
Ik heb namelijk een andere schrijver ontdekt, een man die in de jaren twintig tot en met zestig van de vorige eeuw schreef, een schrijver waar ik nu helemaal lyrisch van ben, Mr. A. Roothaert. Vooral bekend van de Vlimmen boeken.

=daar later meer over=

vrijdag 8 december 2017

Over vergeten schrijvers: dat zijn der veel!

En, om maar met de deur in huis te denderen, ga ik er vier van die vergeten schrijvers opnoemen: Roothaert, Coolen, Kortooms en Havank. Er zijn er veel en veel meer, hoor, zoals Du Perron, ene Ter Braak en misschien zelfs een Roelants onder andere. Die drie zijn geheel terecht vergeten, maar ook schrijvers als Beets en Conscience en zo zijn vergeten, maar dat dan geheel onterecht, en zo, maar ik wil geen levenswerk van mijn Blogjes maken, dus ik beperk me even tot deze vier!

Van die vier waren Roothaert, Coolen en Kortooms alle drie Brabanders, allen (bijna) afkomstig uit de Peel, waar veel van hun werken ook spelen. Deze drie hebben allen een enorm oeuvre geschreven, waarvan minstens een van hun boeken verfilmd is. Van Roothaert kennen we: "Dr. Vlimmen", een prachtig verhaal over een niet gelovige dierenarts in een fel katholieke streek, Coolen schreef het prachtige en ook nog eens spannende: "Dorp aan de rivier", ook al over zo een niet gelovige katholiek en Kortooms schreef zijn humoristische werken over mensen in de Peel, ik noem alleen maar even "Beekman en Beekman", maar ook van hem is bijvoorbeeld: "Help de dokter verzuipt" verfilmd.

Havank is overigens nooit verfilmd, maar wat niet is? Havank is overigens een geboortige Fries, uit Leeuwarden, maar niet steil, nee, integendeel. De vier zijn 'generatie' genoten van elkaar. Ze zijn allen geboren tussen 1896 en 1914 en drie van hen stierven tussen 1961 en 1967. Kortooms, die wat jaren jonger was, stierf overigens in 1999.  Het is bekend dat Roothaert en Havank elkaar kenden, maar ik ga der effe vanuit, dat, in de toen nog niet zo grote kring van de hedendaagse Palmentjes en Thomeesetjes en zo, die mannen elkaar allemaal wel eens ontmoet zullen hebben. Alle vier kregen ze soms wel eens een grote en stevige dorst, luidt het verhaal, dus zullen ze elkaar wel eens op het Boekenbal zijn tegen gekomen.

Om even te beginnen bij Havank, dat is een pseudoniem van Hans van der Kallen, die Fries, weet je nog, hij had een groot oeuvre van detective verhalen. Die verhalen gingen over: 'De Schaduw', een merkwaardige, een hoogst merkwaardige, hoofdinspecteur van de Surete Nationale, de Franse Geheime Dienst. In den beginne, waren de verhaaltjes nogal haastig en nogal flauw, maar later werden ze steeds meer spannend. Hij schreef ongeveer dertig van de 'romans' rond zijn hoofdpersoon, de heer C.M.M. Charlier, de Schaduw dus.
Niets ten nadele van detective verhalen, ik herlees zijn boekjes, momenteel zo in de donkere dagen rond kerst, met graagte en plezier, maar ja, het zijn Philip Kerr verhalen, zeg maar. Plezant en amusant, maar niets verder.

Van Roothaert ben ik een dikke fan. Ik heb zijn: 'Spionage in het Veldleger' en zijn 'De vlam in de pan' met veel plezier en met veel spanning gelezen. (Dat als tweede genoemde boek is een felle aanklacht tegen de staat van het NL leger in de meidagen van '40. Hij werd daarop later fel veroordeeld, maar hij had, natuurlijk, helemaal gelijk. Lees dat boek, liefhebbers van de NL historie over onze tweede wereldoorlog geschiedenis en lees over het verraad dat onze soldaten en marine mensen toen is aangedaan.)
Hij, Roothaert, heeft meerdere detectives geschreven, waaronder 'Onbekende dader' en 'Onrust op Raubrakken'. Ik heb nog een aantal van zijn boeken klaar liggen voor een volgende vakantie. Waaronder: 'Villa Cascara' en 'De wenteltrap'.

Kortooms is een beetje een onbekende, voor mij. Ik las Beekman en Beekman als kind en genoot van de humor uit die boeken. Ik las nog wat meer en ja, het was wat gein en zo. Zoals Havank detectives schreef, zo schreef Kortooms leuke en lollige, vooral dat,boeken en verhalen over De Peel. Ik heb zijn dorp en zijn monument gezien in Deurne en ja, het was aangenaam om te zien en de tekst te lezen.

Antoon Coolen is natuurlijk een geweldige schrijver van de meest 'literaire' boeken over het gewone volk van de Peel. Zijn meest bekende boek, verfilmd, zoals ik al schreef, is 'Dorp aan de rivier'. 
Ik zag die film, op de tv, toen ik een jaar of twaalf was en die maakte enorme indruk. Ik zag de scene voor me waarin een mevrouw een bonte handdoek van het hoofd werd gepakt en.. nee, nee, nee, lees het. Het boek maakte, na vijftig jaar, nog steeds indruk, eerlijk is eerlijk.

Over dat laatste boek, dat Dorp en zo, heb ik al eens geschreven, nu ja, als een zij stapje dan. Die Coolen schreef over een bepaalde arts, ene Hendrik Wiegersma. Die arts was een man naar mijn hart. "Alles voor mijn patiënten", luidde zijn devies en hij waagde de meest ingewikkelde daden om zijn patiënten te helpen, te redden. Maar goed, het was een Peelse held. Hij had een sjiek herenhuis in Deurne met een fraaie tuin en een mooie bongerd. Een van zoons, Frigo Wiegersma maakte jaren en jaren later daar een gedicht over: 'Langs het tuinpad van mijn vader.' Zijn partner Wim Sonneveld zong dat lied, kreeg er bijna een Oscar voor.
Ik ken dat tuinpad, ik heb het, met de racefiets in de hand bezocht en ik heb heel, heel hardop dat fraaiste lied van Sonneveld gezongen. 
In die buurt vond niemand het merkwaardig, of hoogst merkwaardig, geloof ik!


=mochten jullie, lieve en trouwe lezers en lezeressen verder willen in een werkgroepje of zo, laat het me weten, ik wil altijd wel over boeken en schrijvers oh'en=


donderdag 7 december 2017

Maar, der zijn ook echte en goede schrijvers, toch?

Ja, er zijn echte en goede vaderlandse schrijvers. Dat heb ik ondertussen ook ontdekt, maar je moet ze wel met een lampje zoeken, hoor, maar zie ook onderstaande lijst! Tommy Wieringa heeft in die lijst 113 punten en is dus topscorer van de vaderlandslievende, nee, Vaderlandse literatuur. Nee, dat zie ik zelf niet zo. Wieringa is natuurlijk een vaardige schrijver, maar meer ook niet. Ga dus maar het lijstje af, bekijk de namen en geef, in je zelf, commentaar! Maar dat commentaar mag ook hier hoor, op deze pagina of op mijn mailadres: Lucedith@gmail.com!
  1. Oek de Jong - 96 punten
  2. A.F.Th van der Heijden - 78 punten
  3. Arnon Grunberg - 67 punten
  4. Jan Brokken - 66 punten
  5. Gerbrand Bakker - 65 punten
  6. Tom Lanoye - 60 punten
  7. Herman Koch - 58 punten
  8. Martin Bossenbroek - 57 punten
  9. Joke van Leeuwen - 56 punten
  10. Geert Mak - 53 punten
  11. Esther Naomi Perquin - 52 punten
  12. Michel van Egmond - 51 punten
  13. Kees van Kooten - 48 punten
  14. Toine Heijmans- 47 punten
  15. Esther Gerritsen - 46 punten
  16. Bert Wagendorp - 44 punten
  17. Marja Pruis - 43 punten
  18. Simone van der Vlugt - 40 punten
  19. Michael Berg - 39 punten
  20. Saskia Noort - 38 punten
  21. Peter Terrin - 37 punten
  22. Dimitri Verhulst - 36 punten
  23. Arjen Lubach - 35 punten
  24. Cees Nootenboom - 34 punten
  25. Esther Verhoef - 33 punten
  26. Anne Vegter - 32 punten
  27. Shira Keller - 31 punten
  28. Nelleke Noordervliet - 30 punten
  29. Isa Hoes - 29 punten
  30. Ramsey Nasr - 28 punten
  31. Christiaan Weijts - 27 punten
  32. Arthur Japin - 26 punten
  33. Erwin Mortier - 25 punten
  34. Carolijn Visser - 24 punten

Deze getallen en cijfers komen natuurlijk van Google!
Van de meesten van hen, bovenstaande schrijvers,heb ik nog nog nooit gehoord, overigens. Lubach, lees ik, is een aardige cabaretier, meer niet. Isa Hoes heeft, heel triest, haar man verloren, heel triest, heeft daar een aardig boekje over geschreven, maar daarom is Isa nog geen schrijfster?! 
Tot mijn grote blijdschap staat warhoofd en warrig haar hoofd Palmen NIET in die lijst, zij kan niet schrijven en kan, volgens Ischa Meijer, die staat er ook al niet in wordt vernoemd, ook nog eens niet n....., zoiets. Van der Heijden staat op drie, veel te laag, gezien zijn oeuvre, natuurlijk. Kees van Kooten staat wel goed, ongeveer en Mak mag meer punten krijgen. Ik ben het niet met zijn wereld beschouwing, die multiculti beschouwing, eens, maar hij is een goed en gedegen historicus en een vlotte schrijver. Ik mis overigens wel Herman Pley, een hele goede schrijver en kenner van de middeleeuwse literatuur, en ja, ik zie ook geen Philip van Oostrom, nog zo een goede middeleeuwen deskundige nergens staan.
Wel zie ik Wagendorp, schrijver van Mont Ventoux. Ik heb zelf overigens een fraaier boek geschreven over fietsende vrienden, maar dit terzijde. Ik mis de, van huis uit Turkse, schrijver Ozcan Akyol op deze lijst, overigens. 
Maar goed, laten we eerlijk zijn, alle van de bovengenoemde "literatoren" hebben over het algemeen hun kunstjes vertoond bij diverse Gooise matras programma's als daar zijn DWDD, Pauw, Jinek et cetera. Dat geldt niet alleen voor de schrijvers, maar ook voor allerlei muzikanten van niets.
Even Kinnesinne: ik kom niet bij die bovenstaande praatprogramma's, hoewel mijn boek "De Berg" spannender en beter is dan dat van Wagendorp. Tja, dan breek je niet door, zeg maar!

=later meer over de literatuur in dit land, waarin ik in ga over de vergeten schrijvers: Roothaert/Havank/Kortooms=

woensdag 6 december 2017

Geen Nederlandse Litaretureluur meer

Goed, Zola en zo al ontdekkend hebbende, kwam de stap nader om de Nederlandse letteren te gaan bestuderen. Ik las dus bijvoorbeeld Busken Huet, man wat erg, ik las Beets, grappig, maar wel belerend, immers een dominee zijnde, ik las Van Deijssel, gruwelijk, hoewel die nu ja, erotische scene van zijn hoofdpersonage er wel mee door kon, ik las Louis Paul Boon, ik las, later Van het Reve, afgrijselijke en naargeestige verhalen, ik nam werken van Mulisch ter hand, niet door te komen, (Reve zij het al: het werk van Mulisch, dat is vullis, het werk van Reve, da's pas leve) en ik las wat van Hermans.
Ik was niet onder de indruk dat ik er veel van zou opsteken, nu ja, laat ik het zo zeggen: het boeide me voor geen meter! Nog steeds was daar Lampo, met zijn half literaire en half spannende boeken en ja, dat kon ik allemaal verdragen. Maar nog meer Innes en nog meer Reeman en ja, ook Monsarrat, je weet wel, las ik. Kortom: ik las veel boelen met spanningsbogen, zeg maar. In de NL literatuur zijn niet veel spanningsbogen te vinden, hoor.
Ja, zo kwam het een van het ander, ik begon meer boeken te kopen voor de spanning, zowel fictie als non fictie, die non natuurlijk zijnde een niet uit de loterij, maar niet een soeur uit een klooster of zo.
Ik las en kocht veel geschiedenis, veel geschiedenis over van alles, vanaf de eerste mens tot aan de laatste wereldoorlog. Maar, ik las absoluut geen Nederlandse auteurs meer, had ik me voorgenomen.
Toen kwamen er mensen op mijn pad die me, nee, geen echte mensen, maar, laat ik het zeggen, nieuwsgierige stemmen in het hoofd, die me vertelden dat ik naar de bron terug moest, naar de oorsprong van het schrijven van Nederlanders.
Ik had, ik schreef het al, Beets en zo, gelezen, Piet Paaltjes, de gedichten van Blom, Nijhoff en zo, maar nee, ik moest naar de basis, begreep ik, gewoon naar het volksverhaal. Dat volksverhaal had ik, ik was amper twaalf, al eens gelezen en goed bevonden en me er kostelijk mee geamuseerd, ik moest dus terug naar de verhalen voor het volk!
Dus herlas ik nog eens Toon Kortooms' "Beekman en Beekman", herlas ik boeken van Roothaert, die op zolder lagen, zoals de 'Vlimmem trilogie', las en herlas de boeken van A.M. de Jong: 'Merijntje Gijzen' en zo, en Frank van Weezel, ik schaftte me de trilogieën van Antoon Coolen aan, waaronder het fantastische: "Dorp aan de rivier."*
En ja, ik was thuis. Nee, ik wilde geen ingewikkelde figuren als A.J.F., of Thomese,  Palmen, een rampenplan, meer te lezen of boeken van warhoofden als Grunberg of Noteboom of welke literatureliere magoggel nu weer in de kranten als hoofdprijs werd afgeschilderd. Ik had mijn eigen boeken, mijn eigen leeswereld ontdekt.
En die heb ik nog. Nog steeds doe ik niets met die "pauzen" die zogenaamde onze schrijf- en taalwereld bevolken, ik heb der niets mee. Ik heb mijn schrijvers: Roothaert, Coolen en meer van die auteurs die normaal schrijven. Ja, ik weet het, vaak uit voorbije jaren, nu ja, zo zij het!
Ik lees natuurlijk veel, nog steeds, en ook veel van hedendaagse schrijvers, maar geen literatuur zwendelaars meer.

*Dorp aan de rivier is ook verfilmd. (Kijk maar op Jouwpijpje) De grap erbij is de arts in dat boek en in die film de vader is van Frigo Wiegersma, de partner van Wim Sonneveld. "Het tuinpad van mijn vader" bestaat echt, ik ben er geweest en heb het nummer daar ter plekke geneuried! Ik schreef er al over, veel eerder.

=over Havank, ooit eens misschien?=

dinsdag 5 december 2017

Dus ja, de Engelse jaren, afgewisseld met Franse jaren

Goed, ik kwam dus in mijn "na-pubertijd" en ik ging lezen, ik ging nu echt lezen. Die (overigens hele aardige en goede ook nog eens vriendelijke) broer van die verkeerde blonde, we zien elkaar nog wel eens af en toe, die broer dan, gaf me titels van boeken aan, namen van schrijvers aan, die ik zou moeten lezen en ja, dat waren echt boeken man! Hubert Lampo dus, Johan Daisne en meer van die makkers van die kant, allemaal wat van die magisch realisten. Maar ook zogenaamde "novelles noir", van onder andere Fredric Dard, een Zwitserse thrillerschrijver, die hele zwarte en donkere 'crimestories' schreef. "Het waren allemaal boeken die een verhaal hadden, die iets vertelden, waar een echt verhaal in zat", zei die zwager, maar, vertelde hij erbij, dat ze ook nog literair waren, en ja, dat je dus mee kon lullen in 't café, zeg maar, over boeken. Nu wilde ik helemaal niet meelullen in cafés over boeken en vage schrijvers als zo en zo, (ik noemde Mulisch en Reve al) maar, ja, ik kon niet wachten met te gaan lezen, hetgeen de valse blonde vaak teleurstelde, zij was meer gesteld op het Mokumse uitgangs-leven. Ik wilde dus lezen, meer en meer boeken tot me nemen.
Maar ik trof in die, hele kleine woning, waar de totaal verkeerde blonde en ik bij de schoonma, vertel me nu geen grappen over schoonmoeders, ik ken ze allemaal en heb ze allemaal meegemaakt, hoor. Over deze schoonma, jaren geleden al ontslapen, was ik half/half tevreden, over mijn, helaas ook al overleden tweede schoonmoeder (en over de schoonvader) denk ik met veel en heel veel liefde nog veel terug, maar dat helemaal terzijde.
In een hele grote overloop kast, van dat overigens vrij kleine huis, ergens in Amsterdam Noord, trof ik een wereld van boeken aan! Daar, in die kast, stonden onder andere boeken van Zola en zo. (Maar ook ingebonden tijdschriften van het blad: 'Het Leven' waarin onder andere advertenties voorkwamen van ene Mevrouw Den Uijl uit Utrecht, moeder van de beruchte of beroemde politicus Den Uijl!)
Ik sleepte al die boeken mee, goh, ik werd gek en ik las, naast Innes en Reeman, ook literatoren. Ik las Busken Huet, ik las Nicolaas Beets en ja, dus ook Emile Zola.
Zijn complete werken stonden er niet, helaas, maar veel van de zogenaamde "Rougon Macquart" serie stonden er wel. Voor de niet kenners:

In de Rougon-Macquart romans beschrijft Zola de levens van verschillende leden van dezelfde familie, over een aantal generaties en een aantal takken verspreid. Op die manier komen in twintig romans alle lagen van de Franse samenleving onder het Tweede Keizerrijk, dat duurde van 1815 tot 1870, aan bod. De serie was bedoeld als verholen kritiek op het keizerlijke regime en de sociale laag waarop die steunde, wat duidelijk blijkt uit de eerste roman van de serie La conquête de Plassans (als vierde verschenen, in 1874). Ook al was het keizerlijke bewind, in 1871, gevallen voor Zola goed en wel tot uitvoering van zijn gigantische project kon komen, hij oordeelde het toch de moeite waard het af te maken.
Alle delen laten zich lezen als een aparte roman. De verschillende delen worden in het laatste deel (Le docteur Pascal) met elkaar in verband gebracht. In dit deel zet Zola de basisprincipes van zijn literaire doctrine uiteen.

(Ja, dat van boven is allemaal gejat, hoor, daar is Wiki voor, toch?)
Maar goed, ik las "Germinal" en ik las "De Nederlaag" en ik was verkocht en verknocht aan Zola. Toen ik, later ook nog eens las dat hij een Dreyfussard was, een voorstander van Dreyfuss, en vooral doordat vlammende protest: J'Acusse', lees eerder geschreven artikel, was ik al helemaal fan van hem.
En nog, de boeken uit dat huis zijn verdwenen, ik kan via Het Gutenberg Project, toets dat eens in, daar kan je boeken downloaden van schrijvers die meer dan 75 jaar dood zijn, wat van hem lezen, maar ja, ik heb liever een boek met bladzijden en een omslag beet.
= later meer, over bijvoorbeeld Havank?=

zaterdag 2 december 2017

Verder dan maar, met geslepen potlood

Maar goed, voordat ik in Mokum arriveerde en met Reeman en Innes kennismaakte, lag er nog een lange en vrije sobere en literatuur arme weg in het Drentse veenkoloniën land voor me. Ik begon nu ondertussen Biggles te kennen, die lagen te koop in een klein boekwinkeltje in Gieten, off all places,  en ik begon die boekjes te kopen. Dat viel niet altijd mee, maar ik had wat zakcenten en kluste bij de ouweheer op de molen bij, in de vakanties. (Ja, mijn ouwe was molenaar, net zoals zijn pa en zijn grootvader en misschien wel meerder generaties Gravers dat waren geweest. Mijn broer heeft die traditie overigens piekfijn voortgezet, maar dit terzijde.)
Biggles, een piloot in WOI, was een creatie van een oud Engelse WOI vliegenier, ene Captain W.E. Johns. Hij schreef bijna honderd (jeugd) boeken over die imaginaire vlieger. Maar man, man, wat waren zijn boeken spannend! Ik verzamelde vooral die boeken/boekjes, die over de eerste wereldoorlog gingen, ik was verzot/gefascineerd op tweedekkers/driedekkers en wat dies meer zij en had ook diverse bouwpakketten, van die plastic dingetjes, die je in elkaar moest lijmen en dan nog ook eens moest verven en zo. (Je moest er ook nog eens de "Decals", de plakplaatjes van de lanen van origine, netjes op zien te krijgen, wat een gedoe!)
Biggles verdween, met tegenzin, Old Shatterhand verscheen en daarmee ook Kara Ben Nemsie, "Der Held aus Die Wuste", zoals Karl May, de schrijver, zijn helden noemde. Na Arendsoog en Witte Veder, had ik weer een aantal superhelden.
Van Biggles heb ik overigens niets meer, lezertjes dezes mogen ze me opsturen, vooral de verhalen over de eerste wereldoorlog, van Arendsoog heb ik ook niets meer en hoef ik ook niets meer, van Kara Ben Nemsi heb ik nog alles, overigens. Ik had dat weggestopt ergens op een boekenplank achter een hele serie maritieme naslagwerken en de boeken kwamen te voorschijn na een verhuizing.

Goed, eenmaal in  Mokum Alef aanbeland, via wat zijstappen, ontmoette ik, helaas naar later bleek, een hele valse blonde en trouwde uiteindelijk heel vals met haar. Het hield gelukkig geen stand. Ik was ondertussen bij de marine in dienst getreden en was een fel liefhebber van maritieme schepen, domme zin, van oorlogsschepen dan, geworden en ik weet nog dat het eerste boekje dat ik over oorlogsschepen aanschafte "Royal Netherlands Navy" was, van ene  H.T. Lenton, uitgegeven door MacDonald in Londen gedateerd in 1967. (Ik kocht het in de Kalverstraat, op een zaterdagmorgen. Er zzit nu een boekenuitdragerij.) Ik heb het nu voor me. Alweer vijftig jaar oud, maar nog in goede staat en ja, ik kijk er nog redelijk vaak in. Later heb ik een vrij aanzienlijke 'maritieme bieb' opgebouwd, overigens. Ik geloof dat ik een dikke tweehonderd boeken over schepen en scheepvaart, meer misschien, in mijn bezit heb. Niet de fictieve romans meetellende.

Die valse blonde had in ieder geval een leuke broer die me wees op het bestaan van schrijvers die wel te haggelen waren en zo kwam ik in de 'warme' armen van onder andere Tolkien en Hubert Lampo terecht.
Dat ook meteen Reeman en Innes, maar ook de Stripkunst op de loer lagen, dat had ik pas door, toen ik al gestrikt was.


=later veel en veel meer=

Now, for something etc

Echte liefhebbers van Monthy Python kennen deze kreet wel. Ik ondertussen ook. Ik ben een beetje, had dat al geschreven, af van het melden van misstanden in de wereld, omdat ik er dus ook niet veel meer aan verbeteren kan. Ik heb even een ander Blog opgezet, dat ik nu maar op deze pagina's publiceer omdat ik anders van de Googlaars een domein naam moest kopen, maar Googel heeft al zo veel poen, heb ik gehoord, dus dan maar publiceren in dit bestaande Blog, zonder naam, nu ja, gekochte naam.
Hopelijk veel leesplezier, scheldt me uit als je het niet met me eens bent, geef me steun als je dat wel bent en ja, sla het over als je het niets vind.
Grtn, Lucas
 
Boeken ja, ik ga schrijven over boeken en over lees avonturen. Ik heb het verhaal/de verhalen over de misstanden in de wereld, waar ik zoveel over schreef, nu wel gehad allemaal, Ik heb dat allemaal veel en netjes en vaak scherp, soms venijnig en beledigend en soms boeiend beschreven in de Blogs: "In de wereld" en "In de super." Ik ga vanaf nu, op deze pagina's, schrijven over boeken die me gelukkig maken, die me interesseren, die me ergeren, die me boeien of die me afgrijzen injagen. En ja, dan krijg je het natuurlijk ook over de schrijvers van die boeken. Nee, ik geloof meteen dat jullie, geëerde Blog lezers, niet zoveel met mijn boeken keuze ophebben, maar ja, dat zij dan maar zo.
Ik trap een enorme deur in om er mee te beginnen te zeggen dat ik een afschuw heb van ene Arnon Grunberg, dat ik Reve een kladschrijver vind, dat ik Mulisch, op een enkel boek na, niet kan velen en ja, ik vind Wolkers wel wat hebben. (Nu ja, soms dan.)
Jullie begrijpen al dat ik niet zo geëxalteerd ben over de zogenaamde literatureluren, ik houdt het liever bij een gewoon boek. Een boek met een verhaal, met een begin een midden en, hopelijk, spannend einde. W.F. Hermans voldoet ook niet helemaal aan die kritieken, maar soms had hij, net als Heere Heersesma, wel eens van dat soort boeken.
Een van de meest opgeklopte teksten, door literaire critici dan, was het boek van Reve: "De Avonden", der is nog een stripboek van gemaakt ook. Niet om door te kommen, net als "Blauwe maandagen" van Grunberg, waar gaat dit over? Mulisch met zijn: "Voer voor psychologen"? Wat een verspillingen van goedbedoelende bomen!

Goed, ik geef een klein uurtje lees "biobliografie". Ik ben ooit, ik was zes of zo, begonnen met het eerste Arendsoog boek ooit. 'Arendsoog' heette dat, van de schrijver Nowee. Daarna volgden "Witte Veder" en meer van dat soort verhalen, duidelijk gejat en gebaseerd op de boeken van Karl May, maar daar kom je natuurlijk pas later achter. Dat was mijn eerste boek dat ik ooit las, na de Jip en Janneke boekjes van Annie M.G., misschien.
Volgens mijn moeder, dit is een historisch verhaal, las ik namelijk al vanaf mijn derde. Ik las namelijk het etiket van de "Chocopasta Berengoed", toen nog van dik karton, pot die op tafel stond. Later leerde ik natuurlijk echt lezen, zie mijn opmerking hierboven en vanaf mijn zesde was der geen houwen meer aan. Als er ergens letters op stonden, las ik het en dat is nog steeds, na zestig jaar, niet veranderd. Ik MOET lezen, ik moet letters/bladen/kranten, maar vooral, boeken onder de hand hebben. Echte boeken, geen E-books, nee, papieren boeken. Dit in tegenstelling tot een van mijn beste maten die alles download en alles wat hij wil lezen op zijn E-reader, heet dat zo, heeft. Nee, ik moet alles op papier hebben. Raar, ja, maar wel waar.
Ik ben pas dan gelukkig als ik een boek in mijn hand heb. Nee, natuurlijk: ik ben ook gelukkig als ik op mijn (race) fiets door de velden ga, als ik mijn vrouw zie, of mijn kids en zeker mijn kleinkinderen, maar you get the picture? Ik heb niets met niet op papier staande boeken.
Ik had dus al snel wat met boeken, met de Arendsoog serie, bijvoorbeeld, maar daar kwamen heel snel ook de Bob Evers reeks boeken bij. Ik was toen een jaar of tien of twaalf of zo, toen ik die boeken las. Mijn, jaren oudere, broer, kocht die. Het was een aantal avonturenromans van een drietal achttienjarige knullen die allemaal vreselijk spannende avonturen, in binnen- en buitenland, beleefden en die de wereld overvlogen of overvoeren, enorme knokpartijen uithaalden en goud schatten opgroeven en boeven het loodje lieten leggen. Ze bestelden her en der flessen London Tonic en broodjes Rosbief en ja, goh, man, dat was avontuurlijk! 
Ik heb, overigens, weer al die boeken met rooie oortjes verslonden (en gek genoeg heb ik ze nu net, als 65 jarige, allemaal herlezen, weer met rooie oortjes, maar dan van de flauwe en melige grappen) Ik vond ze terug op een van die vele boekendozen op zolder, een week of zo geleden.
Na, Arendsoog en Evers kwamen de boeken van K. Norel, een goed gristenmens, die veel boeken over de zee schreef, zoals: "Coasters varen uit", "Engelandvaarders" en "Varen en Vechten." 

Ik las meer en meer en in het begin van de jaren zeventig kwam ik in Mokum terecht met zijn hele vele boekenwinkels en ja, toen begonnen de Engelse jaren, die natuurlijk nog niet afgelopen zijn!
Ik kreeg Douglas Reeman en Hammond Innes in het snotje!

=later verder, veel verder=