zaterdag 27 juni 2015

Mag Managers onderwerp nog een keer? (En al vast weer over Zwarte Piet?)

Houden jullie, in de diverse vakken die jullie uitoefenen,  je vakliteratuur nog bij? Lezen jullie de bladen nog? En frequent? 
Dat is een inleiding. Nu moet je: 'Hoe zo? Hoe bedoel je?' zeggen. Nou ja, ik kreeg, in mijn tijd als werkzame in de verpleging vaak het blad van de (meen ik) Vereniging voor Ziekenverplegenden in de bus, een vakblad voor mensen die, eh ja, die dus. Het was een saai blad, naar mijn mening. (Dit in schrille tegenstelling tot het vak, dat totaal niet saai is, hoor.) De cover van dat blad was, toen dan, (meen ik) wit, met de titels van de hoofdartikelen al op de omslag geprint, de opmaak was zwart/wit, ook de foto's waren in die tinten en het was een blad dat niet om door te komen was. De opsomming van de gemiddelde regenval per jaar in BokkieWokkiestan zou interessanter geweest zijn, vind ik, nog steeds. Ik heb overigens geen idee of het blad nog steeds bestaat of dat de vereniging die het uitgaf nog bestaat, maar dat blad "naaide ik eruit", zoals men dan wel eens zegt, ofwel in het Engels: 'I fucked the windows." Ik ontvang nog wel meer bladen, ook van die vakbladen, hoor. Er is een blad van de Geneeskundige Dienst van Defensie, dat ik per mail binnenkrijg en waar in een hele bult nuttige info staat voor de nog actief dienende mensen van die GD, maar ja, dat ben ik al heel veel jaren niet meer. Dus ja, die doe ik ook maar door "The window".
Dan krijg ik, soms wel en soms niet, de "Alle Hens", een blad voor (oud) marine mensen, waarin het reilen en zeilen van de huidige KM wordt beschreven. Dat is heel interessant als je nog actief bij die KM dient, maar dat doe ik ook al jaren niet meer. Ik kijk even naar de mensen die bevorderd zijn, of de dienst hebben verlaten, maar ik merk meer en meer dat ik steeds minder namen van die mensen ken of herken. Dan is er nog de "Trivizier", een maanblad van de militaire vakbond. Dat lees ik wel. Vaak gaat het over de pensioenen, nu ja het gebrek aan pensioenen, meer van dat soort kwesties en er is dan ook weer een rubriek waar de overledenen in staan. 
(Tja, echt, dan denk ik: pff, die ook al? Zo jong gestorven? Nee, die en die toch niet? En soms: gelukkig die dwaas is wel de pijp uit, wat een schooier was dat, nu ja, dat soort zaken, dat raakt je dan. Sombermans in me zegt nu ook dat mijn tijd begint op te schieten, veel van de overledenen zij niet eens zoveel ouder dan ik nu ben)
Als laatste is er dan nog het "Veteranenblad". Daar staan aardige dingen in. Verhalen van (oud) militairen die, dat gebeurt ons als militair nog wel eens, buiten eigen wil, maar door een regering die geen idee heeft van waarom of hoezo, ergens in een stoffig ver weg land in de sh.. en de trouble zijn geraakt, omdat Defensie ze daar heen stuurde, en er dus mee moeten leven of het moeten kunnen opbrengen om er mee te moeten leven. (Hetgeen veel onnodig leed en PTSS teweeg brengt.) Maar er staan vaak ook veel mooie en vaak hele trieste verhalen in dat blad over militairen die in de "oorlogsjaren" op de Grebbeberg dienden of in de Javazee of aan de Maasboulevard dienden, ik noem maar wat. Formeel hoor ik ook bij die groep veteranen, nee, niet die van de oorlog. Formeel behoor ik tot de groep naoorlogse veteranen. Ik krijg jaarlijks uitnodigingen voor bijeenkomsten in mijn stad maar iets houdt me tegen. Dat iets is dan weer iets dat ik nu niet kan, of wil, formuleren. Misschien kom ik er ooit op terug. (Nee, ik heb de medailles die bewijzen dat ik een veteraan ben, maar, nu ja, ik praat er heel moeilijk over.)
Maar ik lees dat veteranenblad dan dus eigenlijk meer voor de mensen die gestorven zijn en die ik misschien ooit heb gekend en daar schrik ik soms dan ook weer van. Ook staan er in dat blad veel oproepen van militairen die gezocht worden door nabestaanden of oproepen voor reünies voor regimenten of bataljons die al jaren niet meer bestaan. Ik kan daar van smullen als men oproept voor een reünie van de "Limburgse jagers" of van een bepaalde compagnie van de "Irene Brigade". Het lijkt me heerlijk. Al die ouderen willen hun gabbers terugzien. In mijn gedachten zie ik het voor me: "Weet je nog? Ken je die nog? Wat is er met die gebeurd? Wat hadden we die kapitein bij zijn l.. weet je nog?"
In een land dat al zo weinig militair historisch besef heeft, (militairen waren allemaal opvreters heette het decennia -, misschien eeuwen lang) en dat als natie ook zo duidelijk laat blijken, tot op de huidige dag, is het leuk om wat van die militaire historie terug te lezen of te vinden.

Ja, nee, dat was geen "Superpraat". Maar, ik moest het even aanhalen, anders blijft dit vel papier zo leeg (eh, ja ik slaak of schrijf een dergelijke kreet vaker,dat: "anders blijft het papier zo leeg", ja, gillen, echt humor, maar een Nerd in mijn werkomgeving, die een Blog van me had gelezen, merkte op dat het geen echt blad papier was, hoor, waarop ik aan het typen was, maar een virtueel blad papier met een virtueel A4 formaat. Hij legde uit dat ik niet moest denken dat ik op een echt vel zat te werken, maar.. Nu ja, daar was ik wel blij mee, natuurlijk, met die onthulling. Ik had het niet door, zeg maar.)
Maar goed, ik lees af en toe ook de vakbladen die aan FM worden gestuurd. Dat zijn der nogal wat, moet ik zeggen. Ten eerste is het blad voor De Keten zelf. Een leuk opgemaakt boekje, met handige weetjes en tips en aankondigingen. Duidelijk met liefde gemaakt! Dan zij er nog een heleboel andere bladen, maar vaak lees ik alleen het blad: "Foodpersonality". Tja, waarom? Ik weet het niet, nu ja, ik wist het niet. Iets om een beetje bij te blijven met de wereld van de Supers? Zoiets, denk ik.
In het nummer van deze maand stonden wel twee artikelen die ik echt wilde lezen. Het ene ging over de "Stegeman", de worstmakers van Twente, geloof ik. Een tweede artikel  ging over het KaDeWe, het Kaufhaus Des Westen, maar waarom ik dat wilde lezen, dat is niet zo van belang nu. Zeg maar dat het me interesseert omdat dat heel grote warenhuis voorkomt in een aantal boeken dat ik lees en las.
Maar goed. Je zou zo zeggen dat "Superland" een werkkring is voor mensen die verknocht zijn met hun bedrijf, toch? Niets is minder waar. Ik geloof dat er in de supermarktwereld meer transfers zijn dan aan het einde van een voetbalseizoen en die worden allemaal trouw weergegeven in het blad dat ik al noemde. (Ik hintte op dat transfer gedrag al een beetje, in vorige stukkies.) In het vakblad, dat ik dus net las, is er zelfs een paar pagina's voor ingeruimd, voor wie het allemaal interessant vind. Ook is er in dat blad een halve pagina voor opmerkelijke "quotes" uit allerlei (dag) bladen over supers. De meeste snap ik niet en vind ik niet interessant, maar eentje sprong eruit. Ik citeer:
Quote: "MBA's (ik denk dat het gaat over Masters of Business Administration LG) hebben de carrousels uitgevonden waar men in NL zo gek op is. Het basis principe is , dat je, zo zodra je iets een beetje kunt, en dat duurt drie tot vier jaar, je het (bedrijf, LG) voor gezien houdt en weer vrolijk aan iets ander begint. Een bijkomend voordeel is dat je weg bent voordat de resultaten bekend zijn van de strategische beslissingen die je nam bij je aantreden. Zo houdt je een mooi CV." Unquote.

Kijk, laat die uitspraak nog eens doordringen! Lees het nog eens een keer goed. Dat moest ik ook, hoor. Managers komen dus binnen, schreeuwen en blèren, schijten de zaak onder en vreten het bedrijf leeg! Bij de Marine noemden we dat het "Kokmeeuw" effect.

=Ja, en nog wat, maar dat komt nog: de Anti Zwarte Piet groep is al weer in actie. Later meer.=

donderdag 25 juni 2015

Werken in een Super

Tja, dit is al een wat ouder Blog, dat ik nog nooit gepubliceerd heb. Het is al wat jaren her dat ik dit schreef en het geeft aan, waarom ik toen nog plezier had in het werk. Mind You, ik heb nog steeds zin in het eigenlijke werk. In het omgaan met de klanten, natuurlijk, maar ook het omgaan met de mannen en vrouwen om me heen, een beetje dollen met de collegae, luisteren naar hun verhalen en ja, eerlijk is eerlijk, het werk blijft vreselijk afwisselend. Soms doe ik mijn eigen werk, de DV, je weet het, maar ik help de "zuivelpik" en mijn vriend J., de groenteboer. Af en toe maak ik een praatje met R., die trouwe vriend, hoewel dat vreselijk bemoeilijkt wordt doordat men dat niet graag heft, maar ik heb absoluut geen hekel aan het werk zelf. Ik heb, tot vervelens toe, verteld waarom ik het werk NU niet meer zo te pruimen vindt, maar da's nu en nu, lees eerdere verhalen. Dit is een story uit die grijze en oude hoed.

Hoe kom je er nu bij om te gaan werken in een supermarkt? In mijn geval was dat dan wel heel vreemd. Ik had 32 jaar bij de Marine gediend, in de gezondheidszorg nog wel, was met een leuke rang de dienst uitgegaan en ik wilde daar absoluut niet in de zorg verder. (Er was, op het laatst dan, te veel gezeur van patiënten, te veel ge-claim voor zorg als er een nagel scheef op de vinger stond, er een "scheet dwars zat", zeg maar en er was te weinig zelfreflectie van die patiënten. Dat je diabetes hebt, oké, sneu maar dat kan goed behandeld worden! Maar dan moet je dus niet door blijven vreten met al die ongezonde meuk en ook verder nog eens ongezond blijven leven en zo en dan dus maar blijven zeggen en volhouden dat je zo zielig bent en dat het allemaal aan de artsen ligt! Ik kon daar niet veel meer mee.)
Ik had wat rond gekeken bij wat andere bedrijfjes, had overwogen om dan toch maar bij een maatje van me in zijn fietsenzaak te gaan werken, (met wat poen te investeren, maar dat werd eigenlijk ook allemaal helemaal niks. Dat maatje bleek, achteraf,  een hele 'dure neus' te hebben, als je me begrijpt! Zijn (v)echtgenote bleek meer dan een jaarsalaris per maand op te gebruiken bij kapper en mode zaak en ik voelde het lijk van het failliet gaan al drijven.) Ik genoot een maandje of zo van mijn vrijheid, sliep eens een uurtje langer, ik fietste eens een paar uur meer, maar ja, calvinistisch als wij Nederlanders zijn, wilde ik toch wel wat gaan doen met mijn tijd. (Ook ter aanvulling van het pensioen, natuurlijk.) Ik bleef dus zoeken, liep een paar uitzendbureaus binnen, maar alle baantjes waren voor dertig uur of meer. Kijk, daar had ik gen zin meer in. Dan zou ik alleen maar salaris/pensioen inleveren en ja, niemand werkt voor nop, toch? Ik bleef wat doelloos zoeken, eigenlijk.
Tot ik Peter tegen het lijf liep. Peter was de filiaalmanager van de toenmalige AH supermarkt in onze wijk in Amsterdam zuidoost (Holendrecht, het afvoerputje van Nederland) en ik had wel eens een praatje met hem gemaakt. Geen onaardig mens, integendeel, een leuke gast, die met veel gevoel voor humor en met veel tact zijn klanten te woord stond als er weer eens, door personeelsgebrek, meterslange rijen voor de kassa stonden. Ik zelf had ook een paar keer met hem gesproken over de slechte service graad van die kassa afdeling. (Een eufemisme, hoor.) Enfin, het einde van het liedje was dat hij mij, (hij had van een kennis van een kennis gehoord dat ik 'in between jobs' was), vroeg of ik geen zin had om bij hem te komen werken. "Als 'troubleshooter', zoiets, begrijp je?" maakte hij ervan. "Beetje bijspringen, jonge mensen opvangen en opleiden en een beetje aansturen, is dat niks voor jou?" In die tijd ging die AH over naar De Keten, een bedrijf dat overigens al eigenaar was van het (kleine) winkelcentrum.
Ik slikte even maar stemde toch toe. Ik wilde toch een paar centen extra verdienen ter aanvulling van dat 'pensioen' en ik wilde niet hele dagen achter de geraniums zitten. Ik was natuurlijk net vijftig, dus veel te jong om op mijn lauweren te gaan rusten! Ik heb en had hobby's zat, maar hoe veel uur per dag kan je daar aan besteden?
Zo trad ik, op een mooie maandagochtend aan het einde van een mooie septembermaand, nu bijna dertien jaar geleden, in dienst van De Keten. Dat is een supermarktketen die voornamelijk opereert in het Noord Hollandse. Het bedrijf is in het begin van de jaren '60 opgestart door het echtpaar Z., die samen met de vader van de eigenaar het bedrijfje als het ware "uit de grond" stampten. Enfin, momenteel heeft De Keten een zestigtal vestigingen, voornamelijk in Noord Holland, maar langzaam gaat ze "de grens over", richting Flevoland, met vestigingen in Almere en in de provincies Utrecht en Zuid Holland. 
Ik schreef al: "ik slikte even." Tja, bij het grote publiek, waar ik ook toe behoor, is het werk in een supermarkt nou niet echt werk dat in de 'limelights' staat, toch? Ik bedoel, vakken vullen, mensen wijzen waar de wijnafdeling is, stukje kaas snijden, broodje inpakken, kom op, hoe simpel kan het zijn?
(In mijn ogen van toen dan! Ik kwam uit een bedrijf waar ik bijna de hele wereld had gezien, met windkracht tien mensen had moeten verplegen, wonden moest verzorgen, een man met een gierend zwaar hartinfarct drie dagen in leven had moeten houden voor ons schip een haven bereikte, ik had in Noorwegen en Zweden bij min vijftig mensen met beenbreuken moeten evacueren uit berggebieden, had bomexplosies en aanslagen meegemaakt etc., dus hoe ingewikkeld kan het werken in een winkel nu zijn?) 

Dacht ik. Vond ik. Had ik het idee. Nee, moeilijker dan een Veteraan zijn/worden zal het niet zijn, dat zeg ik je eerlijk. Maar ik kwam al gauw terug op mijn wat (toen misschien hautaine) gedachtegang. Want, en daar kwam ik al rap achter, voor het werken in een super komt een hoop logistiek- en denkwerk te kijken maar dan op een manier die ik, natuurlijk, nooit had meegemaakt. Buiten het omgaan met mensen van allerlei slag en stand, maar daar was ik bij de "grote grijze schoorsteenlijn" wel aan gewend geraakt, kwamen er mensen met de meest interessante, domme, onnodige en leuke vragen. Om kort te zijn, mijn proeftijd liep na drie maanden af, ik had ondertussen een nieuwe filiaalmanager (FM) gekregen en vroeg hem hoe het nu zat met mijn eventuele vaste contract. Ik had een ander ijzer in het (werk)vuur, een leuk chauffeursbaantje, ook voor twintig uur en zo, maar de FM vertelde dat hij niet beter wist dan dat ik al vanaf dag een een vast contract had, voor zo en zoveel uur en enorm tevreden met me was. (Twaalf jaar later zou ik over die uren er vreselijk mee op mijn smoel gaan.) Nou ja, zo gaat het: dat heb je dan, dus daar blijf je dan, zeg maar.
Zo ging de tijd om. Ik 'specialiseerde' me op de wijnafdeling en 'deed' met een collega de 'wereld straat'. Toelichting verplicht nu: de 'wereld straat' is, (in elk geval was!) ooit de trots en een stokpaardje van De Keten. In die wereld straat stonden producten uit exotische landen. De echtgenote van de oprichter van de firma was geboortig uit de 'gordel van smaragd' en had een lijn Indische producten geïntroduceerd. In die eerste jaren waren dat nog voorzichtige dingen hoor, denk aan ketjap, kroepoek, sambals en zo. Aanvankelijk was dat geen succes in ons land van spruiten, andijvie en bloemkool. Maar dat spul ging, in de jaren zeventig en tachtig, natuurlijk lopen als een gek, toen Nederland en de Nederlanders gingen ontdekken dat er nog een wereld achter de dijken en buiten de polders bestond.
Men zegt wel eens dat Appie de Nederlanders wijn heeft leren drinken, maar dat De Keten ons volk aan de Exoten kreeg. Die wereld straat, in mijn huidige winkel, (OOIT DAN**) is nu een dubbele 'straat' (winkel taal), maar is wel ongeveer twaalf meter schappen lang en twee meter hoog,  met Indonesische, Turkse, Japanse, Surinaamse, Indische, Mexicaanse, whatever, producten. Is Amerikaans ook exotisch? Ja, de mayonaise van Hellmann's, de Brownies, allerlei marshmallows noem maar op!
Ik ben er nu (bijna) tien jaar later na het schrijven van dit verhaal, nog steeds werkzaam als hulpkracht. Da's prettig, leg ik elke keer na een FM1/FM2  wissel weer uit, want dan hoef ik, als hulpkracht, geen carrière moves meer te maken en, (dat is voor mij heel belangrijk), niet elke dag meer te vergaderen of cursussen te volgen! Ik heb er (zelf een beetje) voor gezorgd dat ik het beheer van de vrij grote diepvriesafdeling (nu kleiner) heb overgenomen. "Somebody must do it", zo iets.
Ik zal in latere Blogs wel even in gaan over waarom ik van filiaal moest veranderen, allemaal "sordy details", en waarom ik me nu wel 'gesneden' voel in mijn huidige filiaal.
Mocht het jullie interesseren dan!

* Dit Blog is nog nooit gepubliceerd. 
** Die Wereldstraat, ooit de trots van De Keten, is nu zo goed als verdwenen, Natuurlijk heeft De Keten nog Sambal en zo, maar Tabasco, Japans Zeewier, allerlei Indiaase producten en zo en dat soort zaken zijn helemaal weg. Tja, sneu!

dinsdag 23 juni 2015

Manager spelen, dat is mensen kennen! (2)

En ja, ik ging geloof ik wel wat door het lint, in dat vorige Blog. Collegae op de vloer spraken me er vandaag over aan. 'Ben je echt zo boos?', vroegen ze, wat bezorgd. Ja, ik ben echt zo boos. Niet dat het mijn leven beheerst, dat nu ook weer niet, ik ga morgen, op mijn VP (VerPlichte) vrije dag een stukje fietsen (het belooft een droge dag te worden, een van die zeldzame droge dagen van deze zomer) en ik fiets het wel weg, ik fiets het van me af. Ik kreeg trouwens wel wat reacties op mijn vorige Blog, onder andere van een van mijn echte maten en meelezer, F. Hij werkt, hij is ook oud marine ziekenpa, (oud, want: ex ben je nooit) en is nu in de "burger" verpleging en maakt veel van die management dingen ook mee. Ik geef een deel van zijn reactie weer, maar dat deel spreekt boekdelen:

Management heeft te veel macht gekregen om onkunde te verbloemen. Mensen met hart en gevoel voor de zaak en werk worden als lastig ervaren en vaak onder valse voorwendselen op zij gezet.

Hoeveel kan ik er aan toe voegen? Niet veel meer. F. spreekt "waarheden als worsten", zoals ze vroeger in het Brabantse deel van het land zeiden. Andere mensen die reageerden konden zich ook wel in mijn wat bozige statement vinden, overigens.
Hoe erg zijn managers? Heel erg. Heel vreselijk erg en zeker, en dat vindt meer en meer plaats, als die managers niet van de werkvloer komen. Ik maak dan wel wat flauwe grappen, lijkt het, over kale kneiters, bruine laarsjes en koker rokjes, maar het is niet gespeend van de waarheid. De mensen die HHM, nee, geen verdere uitleg van die afkorting, ik heb het vaker beschreven, van mijn toko doen/vormen/lijden (leiden?) komen geen van allen van de vloer. Het zijn allemaal mensen met een "bul", zeg maar. Economie, handelswetenschappen, bedrijfsmanagement of bedrijfspsychologie, nu ja, noem maar op. Waar mijn FM's allebei als jonge knullen, hier past eigenlijk een mopje, maar ik kom er niet zo snel op, beiden op de werkvloer hebben gestaan, als vuller van de schappen, als jong en beginnend avond "sjeffie", en dan vaak, als wat meer door de wol geverfde medewerkers, zuivel- of groente chef werden en misschien zelfs een tijdje de versafdeling "kaas/kip" hebben gerund en daardoor dus allebei haarscherp weten "wat wat is" en "wie wie is" en hoe de procedures lopen, zo gaat dat dus niet bij HHM. Die mensen komen dus zo van de HBO/MBO opleiding: "winkeltje spelen voor gevorderden". Die mensen hebben geen gevoel voor het werk en voor de mensen op de vloer, laat staan voor die mensen die hun salaris betalen. Dat zijn natuurlijk: De Klanten. Wees nu gewoon eerlijk: de klanten betalen mijn, nu ja, onze salarissen en dus ook de hogere lonen van het management. (Oeps lonen? Da's een ordinair woord, voor hun hogere status! Salaris, Gage, bonus? Vergoeding voor aan gedaan leed, omdat ze ook wel eens onder de mensen die werken en naar zweet ruiken moeten komen?)
Die figuren komen, we zijn net verbouwd zoals je hebt gelezen, veel, vaak, frequent, (oh, nou ja, da's allemaal een beetje het zelfde) in de winkel. Je mag raden waar ik hen aan herken? Inderdaad, je hebt gelijk: ze stellen zich niet voor en ze groeten je, als nederige drager van een rood tenue, al helemaal niet. (Ja, de outfit ook, natuurlijk, maar dan wordt het weer zo een verhaal!) Ik moet zeggen dat ik, in het verleden wel eens een hand gekregen heb van een van die managers. Dat was in de tijd dat dat "sort of people" vaak zelf nog een filiaal hadden uitgebaat, zelf hebben gewerkt op de vloer en een natte rug hebben gehad van het werk. Nu is dat niet meer zo: je hebt een papiertje, je hult je in het tenue, zie heel vaak boven (en) in andere Blogs, en je hebt verder sch.... aan het werkende deel van de winkels. 
Je zeikt de FM's een beetje af, je legt ze kritisch op het blok en je vraagt je af waarom de man(nen) zo spastisch hun winkel verdedigen. 

Omdat het HUN winkel is, magoggel. Het is HUN werk, het is HUN "trots". Ze willen die toko, die afdeling, het filiaal, op zien te waarderen, meer omzet te laten genereren, ze leggen er een deel van zich zelf in, het is een deel van hun leven! Dat vind je raar, ja, dat begrijp ik, je hebt al een APP gedaan naar een sollicitatie procedure van JU..., of Appie of ACTION of naar de Bavaria, kortom, je bent op pad, verder, door, steeds maar door. Dan zie je weer zo een man, al op leeftijd, een zware kar voortduwend en die een rode polo aan heeft en je denkt: 'Goh, ik heb het wel goed, toch, als manager?' (Geloof je het zelf?)
Die oudere man heeft net een praatje gemaakt met een van de klanten die hem verzekerde dat ze het helemaal niks vond, die nieuwe indeling, met al dat rood en zo. Die oudere man heeft de Klant gerustgesteld: 'Mevrouw, over een week weet u niet beter meer, dan weet u misschien wel beter de weg dan ik.' De mevrouw lacht wat en zegt: 'Nu ja, als u het zegt, dan blijf ik hier mijn boodschappen doen.'
Dus is de manager weer verzekerd van een maand salaris of bonus, want die betaalt de klant, toch?
Ik verwijs nog even aan het stukje van mijn maat,zie boven!
=Met dank aan F . en een beetje aan B.=

maandag 22 juni 2015

Managers/management of gewoon leiding gevenden? (1)

Vanmiddag, terug kerend vanuit Zaandam, waar we op onze twee heerlijke en lieve kleinkinderen hadden gepast, hadden de lief en ik in de auto, een gesprek. Nou ja, gesprekken hebben we vaker, wat denk je nu, hallo! Maar dit was een gesprek waar we een beetje wel en eigenlijk helemaal niet uitkwamen. Hoe we er op kwamen, weet ik eigenlijk niet zo meer, maar, zoals dat gaat tussen mensen die al meer dan dertig jaar lief en leed en bed delen, ja, zo kwam het, "wie ein Junckfrau zu Kind kommt", zeg maar, zo tussen neus en lippen door. 
We waren vandaag dus oppassen. Normaal is de woensdag onze op pas "feestdag", maar het kwamen de ma en pa van de kleinkinderen beter uit, dat het vandaag was, soit!
We reden de N 552 op, A'dam ZO naar Amstelveen en zo door naar Schiphol en Haarlem en ik zuchtte diep. 'Wat voor zucht is dat?', vroeg mijn scherpe echtgenote, altijd bewust van mijn gezucht of eh, nu ja, mijn geluiden, za'k maar zeggen. 'Ach', antwoordde ik, voor haar kan ik toch niets verborgen houden, 'ja, nou ja, morgen moet ik weer, begrijp je?' Ze begreep. 'Naar het werk? Maar je hebt het toch nog wel naar je zin?' Ik haalde mijn schouders op. 'Beetje zo-zo. Ik vertelde het toch al. Maar ik wil er niet over doorgaan, hoor.' Zij zweeg, ik moest Amstelveen nog door rijden, met al die agressieve Amstelveense fietsers, zeg maar en toen waren we thuis en toen waren er opeens de (jongste) zoon (kid) en schoondochter (schoonkid) in het huis en toen was er gepraat en geklets en zo. 

Mijn echtgenote was het, in de auto, aarzelend begonnen gesprek, natuurlijk niet vergeten. Nadat de kid en de schoonkid naar hun oppasadres, een ander kid en een ander schoonkid, die op vakantie zijn, waardoor ze dus tijdelijke leegstand in de woning hebben, behalve het feit dat er twee poezen dienen verzorgd te worden, dus daarvoor hulp van die twee elders wonenden hebben aangenomen, in ruil voor een weekje Mokum en dan ook pa en ma/lees schoonpa en -ma, wilden ontzien en zo, (he? wat een zin!) Nu ja, die twee logeerden bij die andere twee, dus. Ze kwamen even wat spullen halen, en .., nou ja laat maar.
Fee/lief/echtgenote nam het gesprek, eens begonnen in de Scenic, weer over en ze begon over haar werkende leven, dat ze, gebruik makende van een aardige regeling, een tijdje terug had kunnen beëindigen. Een regeling waar ik ook veel voor voel en daarover aan mijn pensioenfondsbeheerder een vraag had gesteld. Daar was zelfs over terug gebeld, maar ik werkte die dag. De echtgenote had verteld dat ze me terug kon bellen en zo, maar dat was nog niet geschied. Nu ja, ik kan er breed en lang om heen lu...., maar ik ben der helemaal klaar mee, met het werk. En nee, nu betrap ik mezelf op een leugen.
In een "apologie", een verontschuldiging, tegen over mijn FM, heb ik al eens keer geschreven dat je niet mag liegen in je Blogs en dat zal ik dus niet gaan doen. Als ik zeg dat ik klaar ben met "werk", lieg ik. Het werk, het werken, vind ik nog steeds leuk. Sterker nog, ik vind de fysieke inspanning, halen/sjouwen/trekken aan allerlei karren en zware dingen en karren nog helemaal niet verkeerd. Ik kan het nog en zet menigmaal een jongere  medekrijger buitenspel, zegt maart! Nee, fysiek is der niks mis met me, maar in me koppie wordt het wat minder. Nee, geen Alshijisernietmeer, nu ja, hoe heet die ziekte, hoor, nee, niets daarvan, maar, mijn flexibiliteit wordt minder. Niet het lichamelijk deel van mijn lijf, wordt minder, ik daag iedere lezer uit voor een fietstocht van tweehonderd km met me te rijden, nee, lichamelijk sta ik nog mijn man, maar mijn geestelijke veerkracht verdwijnt, langzaam, maar het gebeurd wel en ik ben er ook wel wat bang voor, maar ik ben me er ook van bewust dat ik niet de veroorzaker van dat fenomeen ben. Nu ja, fenomeen? Het is bekend dat "oudere" mensen, vooral mannen in ieder geval, wat "grumpy" worden. Zie de twee oude mannen in de loge van de Muppet Show. De heren "Statler" en "Waldorf", ja, die twee ouwe kerels. Ik weet wel, het is allemaal wat aangedikt, maar, nu de jaren voor mij ook stijgen begrijp ik hen wel een beetje.
Nee, mijn geestelijke veerkracht is al begonnen, bestaat dat woord begonnen, nu ja, het begon al een beetje te verdwijnen toen de BIG wet, later daar meer over, werd geïntroduceerd en zo dus alle "regel neven en regel slijperij" begon. Toen Nederland een land werd vol met regelgeving, vol met "do's and don'ts" en je werkelijk niets meer kon en mocht doen om je geliefde vak uit te oefenen, zonder dat de wet zei dat je daar een papiertje voor nodig had.
In mijn geval gaat het over een vak dat ik dertig jaar met liefde had uitgeoefend en dat ik dus opeens niet meer mocht uitofenen pomndat m,anagers z eiden dat het niet meer mocjht.

Zoal je in de laatste regel leest, heb ik een hoop type fouten laten staan. Zo boos ben ik nog, achteraf. Een manager/minister, een knul van, misschien net dertig, die  nog nooit heeft gewerkt, iemand zo van de universiteit komt, pakt mij, mij! mijn vak af. Nu ja, niet alleen het mijne, maar ook dat van mijn echtgenote, zij was ook gek op haar verpleegkundige job, maar een of ander manager maakte het haar ook onmogelijk!

=Over die vermaledijde BIG wet en over management, da's allemaal een tering pot nat=






zondag 21 juni 2015

Over de Rooie, aan Ome K., de stichter.

Nu ja, we hadden het even over "In het Rood", maar: tijd en plaats, ik had even minder tijd om het spul af te maken dan wel te vervolgen. Maar ja, in "Over de Rooie" gaat het nu echt over kleuren en niet alleen over de "staat van geest", de "mindset" zeg maar, zoals het in "In het Rood" ging. 
Verklaar je nader, zegt de enkele lezer, nee, nu doe ik ijdel en doe ik een beetje een soort pauwendans. Er zijn wel wat meer mensen die mijn Blog over "In de Super" volgen en ik heb het idee dat die zich er ook wel weer in kunnen vinden. Geen van die mensen horen tot HHM, geloof ik. Tot zover. 
Toen ik, dertien jaar geleden bij De Keten, die toen nog heel anders heette overigens, in dienst trad, ik moest wat doen na mijn pensionering, zoveel verdienen oud militairen ook weer niet na al de jaren trouwe dienst aan het vaderland, was de winkelketen op gesmukt in een soort hard oranje achtige kleur. Niet fraai, niet oogstrelend, maar wel opvallend. Onze bedrijfskleding, een raar soort jasje, (waaronder we een overhemd en een stropdas, die je zelf moest aanschaffen, moesten dragen) was ook in die kleur. Niet fraai en zo. Na mijn "strafverplaatsing", (ik trapte er toen nog in dat ik zomaar werd overgeplaatst, ik was toen nog maar net "ex-militair" en dus nog gewend aan, soms bezopen, gegeven bevelen op te volgen), naar het huidige filiaal, volgde al snel een andere verbouwing, met andere kleuren. Geel/blauw, werden de kleuren van de toko en het bedrijf.* Het waren de kleuren van de provincie waar De Keten was gesticht en zich allen maar wilde groot laten groeien, namelijk in Noord Holland. Het bedrijf is ooit gesticht als een familie bedrijf van een super kruidenier die een visie had en die ook uitdroeg. De stichter, ik heb hem een paar keer ontmoet, heeft waarschijnlijk nooit gedacht dat zijn, nu ja, hun (zijn mevrouw was er ook heel nauw mee betrokken) bedrijf, zo een vlucht zou nemen en zo van "beursgenoteerde" bengels afhankelijk zou worden. Arme oude Ome K*. U had, denk ik, gewoon een leuke winkel gewild, waar mensen graag hun inkopen deden en waar het personeel en de klanten het ook nog eens het naar hun zin hadden. Tja, ver weg, in jullie huis in Aruba of Bonaire, krijgen jullie er geloof ik gewoon niet veel van mee. Maar ja, u, Ome K., de stichter, u hebt het bedrijf uit handen gegeven en over gelaten aan de "roofdieren", de hyena's, de aasgieren. De beurs genoteerde magoggels. Nee, dat zijn geen fraaie woorden, maar ik kan het, met uw toenmalige visie, niet anders benoemen. U heeft ons wel een beetje, nu ja, beetje, in de kou gezet. Jobhoppers, kokerrokjes, kale kneiters en bruine laarsjes en ja, ik val in herhaling, ome K. Sorry, ik heb het ook moeilijk met een bedrijf waar ik na al die jaren "trouwe dienst", (dat stond op de gouden medaille van de marine, nu ja, van mijn eerste en enige en echte baas. Een medaille die ik ook echt verdiend en dus ook verstrekt gekregen heb), maar dat bedrijf, daar waar ik nu werk en dat haar werknemers nu dus in de kou laat staan en helemaal al haar klanten. Maar, ome K., ik geloof dat u het anders zag. Dat hoop ik in elk geval, anders sodemietert u alsnog van uw troon in mijn gedachten!
Goh mensen, die vorige zinnen? Jees, hoe kan ik die tikken? Nou ja. lees der maar overheen!

Dus werden we verbouwd en werden we qua kleur "veranderd". Van het fijne en kleurvaste Geel/Blauw naar knal rood. "Wat hebbie dan met dat fijne geel en blauw?" Nu ja, weet je, dat is een jeugd herinnering. Hebben jullie eigenlijk iets met "Arendsoog en Witte Veder"? Nee? Nou ja, dat waren Kaubooi en indianen boeken uit mijn jeugd, zeg maar. De held van die boeken, een Kaubooi, die Arendsoog heette, was altijd gekleed in een geel hemd en een blauwe broek, een Blue Jeans. Ja en geel en blauw, dat past. Vind ik. Qua kleur. Nu heeft De Keten gekozen voor rood. Hard Rood, Helemaal Hard Rood. De buitenkant van de winkel is Rood, de binnenkant van de winkel is Rood, de kleding van het personeel is Rood. Hard Rood. De vrachtwagens zijn ook heel rood. Ik trok mijn eerste polo, zo heet dat ding, aan, bekeek me zelf in de kleedspiegel in de kantine en schrok me, ja,een biet, rood is goedkoop natuurlijk, maar ik schrok me de pleu...! Er doemde een man op in die spiegel die haast een Links statement maakte! Ik dacht even op toer te zijn voor de SP of de PvdA, hoe gering die partijen dan ook in politieke aanhang zijn en hoe weinig ik dan ook met die partije... Nee, nee, geen politiek, niet in mijn Blog maar ik wil maar zeggen!
Ik hou niet van rood, het staat me niet! Ik hou niet van rood, het is te uitgesproken. Op een rode achtergrond zie je overigens ook alle kleine vlekjes en zo. Zou er, op het gebied van de kleur van de kleding van het personeel wel eens geluisterd zijn naar het personeel?



* De chronologie is iets anders, maar nu wat gemakkelijker te volgen!
* De polo's en het teeshirt zijn wel gemakkelijk te dragen, iets positiefs moet ik wel melden, toch?
* Ome K. bestaat. Hij werd gewoon wel "mijnheer" genoemd, maar omdat dit Blog over een fictieve winkel gaat, is ome K., de oprichter, ook een (beetje) fictief. Nu ja, kom daar maar eens uit!
* Kaubooi moet natuurlijk zijn Kauwboi!

zaterdag 20 juni 2015

In het Rood!

Tja, zoals ik eerder al schreef heeft De Keten een hele draai gemaakt. Een heel opzienbarende draai, in mijn beleving. Ik schreef het al: waar, een jaar of wat geleden, bij de laatste ombouwrondes, de klant helemaal en in het hele geheel als "numero uno", "number one", "nummer eins", nu ja, als heel belangrijk werd gepresenteerd en dat in mijn, (onze, mag ik wel zeggen), ogen nog is, is dat in het "Nieuwe Keten beleving" niet meer zo. Ik weet de reden daar achter wel, (ik begrijp die natuurlijk niet, hoor): we hebben zo weinig personeel, momenteel, dat de man/vrouw op de werkvloer nauwelijks toekomt aan zijn/haar werk, laat staan dat 'ie zich met allemaal frivoliteiten bezig houdt als zijnde het de klanten op hun gemak te stellen of die zich welkom te laten voelen en mens, wat is dat weer een kromme zin, maar jullie, lieve lezers/lezeressen snappen hem, denk ik?
Even terug nog naar die vorige verbouwing. Die was minder dan twee en een half jaar gelden, ergens in maart 2013. Voor de verbouwing, ik refereerde er al even aan, kregen we een peptalk, zoals dat zo fraai heet, van die mysterieuze gast. Hij was, vaker, stiekem en onopgemerkt, bij ons in het filiaal geweest en kon daar, smakelijk, over vertellen. Hij vertelde over het niet meedenken van het personeel met de klant, het voorbij wapperen en niet meelopen en van: 'Kijkt u daar maar even' en zo en zelfs de toenmalige FM kreeg onder uit de zak. De man sprak er schande van! o werfkt het. We moesten, de kreet van toen: "Open staan", "Er zijn", "Een open oor hebben", kortom: de klant was koning. Daar kwam na een jaartje al aardig de klad in toen mede firmant en oprichter van het KDT, gabber R., een wat langer gesprek had met twee klanten. Een van HHM schaakte hem daarbij en vertelde, nu ja, verklikte, dat R. een gesprek had gehad met klanten. Een gesprek dat over de winkel ging maar ook privé kanten had. Schande natuurlijk, zo mag je niet met je klanten omgaan? Of niet te veel tijd gebruiken, niet al te openstaan voor de klanten. Of zoiets?

Tja, "those were the days my friend, we hope'd they never end", zong Mary Hopkin ooit. Ze zong wel meer en mooiere nummers, maar deze tekst is nogal toepasselijk. Dus ja, die dagen zijn geëindigd en beëindigd. We hebben een ander HHM, die ander ideeën heeft gekweekt. Zo zij het. Zo werkt het. We gaan met de stroom mee, zoals altijd. HHM (nieuwe/vernieuwd/nu nog beter?) heeft zich waarschijnlijk nooit afgevraagd wat dat nieuwe beleid deed, nu ja, doet, met het zittende, oudere, personeel. Dat kunnen ze waarschijnlijk ook niet. Empathie, het meevoelen van en naar andere mensen, of groepen van, is niets voor die jonge, hoog gehakte, in strenge koker rokken lopende en snelle pakken dragende, kaal geschoren schedels en op van die maffe bruine laarsjes lopende figuren. Met empathie maak je geen winsten, dus ook geen bonussen, dus geen tweede vakantiehuizen naast die van andere winners op de markt, natuurlijk, is hun motto!  Of zoiets. Ja, dat zal wel. Maar: met empathie, da's, ik leg het even uit voor de "stuudjes" die nu in HHM zitten, met pakken en laarsjes en kokerrokken: empathie is meevoelen met een ander mens, kort gezegd en zo bereik je dus mensen, zo voel je dus mee met mensen! Met empathie luister je naar je klanten en geef je hen een stukje aandacht. Groentepik J., de vorige slager H., huidige man R., de bakkeres, nu ja vrouwelijk woord voor bakker bedoel ik dus, S. en haar collega S., luisterden naar hun klanten. Hoorden hun verhalen aan, konden der vaak niets mee, maar dat hoefde ook niet eigenlijk zo. De klanten, soms ouder, vaak eenzaam, soms van niet autochtone afstamming, soms jong, maar vaak wel verlegen om een praatje, deden hun verhaal, raakten zo hun "sores" een beetje kwijt en kwamen met plezier naar De Keten. "Halfie wit, pakkie suiker, kleine Bloemkool, meer mot ik niet, maar mag ik je wat vragen? Mijn tillevizie is naar de ratsmodee. Ken jij nou een saak die goed is?" Dat soort verhalen hoorde je. Daar had je, nee, maakte je, even tijd voor.

Dat mag ik dus niet meer op ingaan, schijnt. 'Televisies in pad negentien, mijnheer', zoiets moet ik antwoorden.
Nee, dat gaat me niet lukken. Niet echt. Ik wil nog steeds dat, dat streven dat doel, dat in mijn leven altijd centraal heeft gestaan. Contact met de mensen om me heen. Hen helpen. Ik wil, (man, maak je niet meer druk, het is nog maar twee jaar, hoor ik al brullen!) niet laten regeren door een "werkstation" of door technocratische knoppenbonkers! Ik wil werken met en voor mensen!
Tja, mijn tijd zal wel over zijn. Ik ben een Dino, ik ga figureren voor "Jurassic Park" deel vijftien of zo.



vrijdag 19 juni 2015

Zo vreselijk wennen! Zo inconsequent!

"Niet elke verandering is een verbetering, hoor, mijnheer, geloof dat maar niet", zei de wat oudere en er behoorlijk vermoeid uitziende mevrouw tegen me. Ze liep met de "vernieuwde" De Keten winkelwagen door de zaak en vroeg waar de koffie en thee waren gebleven. Ja, dat wist ik ook niet helemaal, vertelde ik haar, maar ik ging haar natuurlijk helpen zoeken en ja, we vonden het uiteindelijk wel. Het was niet de eerste mevrouw of mijnheer die ik de weg moest wijzen, overigens vandaag. Ik deed het natuurlijk met plezier, als gids functoneren. Zo kon ik zelf mijn toko ook weer eens opnieuw leren kennen. Dus ja, ik was vaak en veel op stap met klanten, niet alleen van een vorige, maar ook van een jongere generatie, dan de mijne. Beide generaties waren het pad kwijt, namelijk in de vernieuwde winkel. Dat deed ik, schreef ik al, met heel veel plezier, tot ik langs een soort "werkstation" kwam. Dat is een heel nieuw iets, een soort hokje waarin een PC staat die alle antwoorden op alle vragen geeft en waar het (sub) management van De Keten schijnt te werken tijdens de openingstijden van de winkel. Ze doen hun bestellingen daar, stellen vragen aan HHM waarom dingen en systemen niet werken en er te veel besteld wordt en krijgen dan natuurlijk noot een goed antwoord. Op dat werkstation hing een grote poster waarop onder andere stond dat je de klant het pad nummer moest wijzen waar het gezochte product stond. (Logisch, maar logischer was, zie later, dat je met de klant meeliep.) In dat werkstation zat een man die een functie heeft in de winkel die inhoudt dat hij veel zuivelproducten moet vullen, ja, je hebt hem, het is de melkman, maar iemand die zich vaker en  liever bezig houdt met het bonken op knoppen en zo en zich niet al te veel meet zijn werk bezig houdt. Fifo is voor hem geloof ik een onbekend begrip. Omdat hij een "soort" chef functie vervult vroeg ik hem waar "dit-of-dat" product zich verstopte. 'Nou, dat moet de klant zelf opzoeken', vertelde hij me bits. 'Daar zijn we niet meer voor.' Hetgeen een beetje STASI-achtig overkwam: je mag niet meer met de klant meelopen, maar moet hen met een handgebaar wijzen waar het wel staat. Nou ja, voor mensen die Nederlands spreken gaat dat dan nog, maar er komen ook, naast de niet autochtone mensen, ook veel niet Nederlands sprekende toeristen in onze winkel. Je  vat hem?

Eh, waar gaat dit allemaal over? Nu ja, ons filiaal is dus ook verbouwd, deze afgelopen twee weken. Ik moet me nog even bezinnen of ik het het geslaagd vind of niet. Als ik heel eerlijk ben zeg ik: ja! Er is meer ruimte in de winkel gecreëerd, maar er is ook heel veel veranderd. Buiten de indeling, die helemaal anders is, is er voornamelijk veel veranderd in de service. Waar we ooit een broodafdeling hadden waar je aan de mensen van de bakkerij je bestelling kon doen, moet je nu zelf je broodjes of croissantjes in zakken doen, je kunt er je eigen brood snijden en het personeel van de bakkerij heeft totaal geen contact meer met het winkelende publiek. Er is een soort "Chinese muur" zoals de "groentepik", vriend J., het zo fraai noemde, opgetrokken tussen de bakkerij en de winkel. Waar we ooit een "vers" afdeling hadden, is die gesneuveld. Met versafdeling bedoel ik de bedieningsafdeling. Je kon daar een onsje kaas af laten snijden of een pondje nagelkaas kopen, de chef van de afdeling en zijn personeel deden met liefde wat rosbief, Roastbeef, zeg maar, of een paar vers gegrilde kippenbouten voor je in een zak of tas. Op de groenteafdeling was er altijd wel iemand die je kon vertellen hoe je die of die groente moest klaarmaken of hoe je aardappel het beste bewaarde. Er was dus behoorlijk veel interactie tussen personeel en klanten. Maar ja, andere tijden en andere zeden, schijnbaar. 

Ik denk dat het zo is gegaan: "Terug naar de basis", brulde men, HHM in koor, tijdens weer zo een druk "brainstorm" weekend, waarschijnlijk ergens op een bezinningscentrum, "Nieuw Leven", de "Vlasakkers" of "Bezinning is Troef" of zo, ergens op de Veluwe of in het oosten des lands en is denk ik, nu aan het resultaat ziende, een met veel wijn en drank overspoelde brainstorm geweest. Men deed een plas en dronk nog eens een glas.
Maar: Het is er uit! Het ziet er niet uit! De winkel, zoals ik die kende, is geen winkel meer. Geen echte dan! Het is een kruising tussen LIDL en ALDI en De Keten van ooit.
Voor ik me ga verdiepen in de afwijkingen en vervelende zaken, kom ik nog even terug op een Blog van ooit. Voor de vorige verbouwing kregen we een "peptalk." Een zogenaamde "mysterieguest" was opgedoken in onze , ooit, winkel en vertelde wat er allemaal beter kon. Een van die verbeteringen was: "Altijd meelopen met de klant!" "Geef de klant het gevoel dat hij gast is." 
Tja, dat is dus helemaal afgeschaft, blijkbaar. Bijna op straffe des doods, ik overdrijf, natuurlijk. Maar, ik zal het nooit afleren, hoor. Ik vind de klant belangrijker dan de werkwinst van veertig seconden. Maar dat is zo inconsequent! Eerst staat de klant voorop: "open staan voor" heette het toen en nu is het: "pad dertien mijnheer, doei hoor!" Ik kan der niet mee leven!
Gelukkig leest HHM mijn Blogs niet, anders was ik nu al met pre pensioen gestuurd. Verdikkeme, waarom leest HHM mijn Blogs niet?


maandag 15 juni 2015

Toen volgde de verbouwing! En een "Selfie!

"Vernieuwing die verwarring sticht
en mensen wakker schudt
waardoor een buurt wordt opgeschrikt
en iedere mokerslag, is een slag in het gezicht"

Zo zong Boudewijn de Groot, jaren terug. Wie? Oudere Bloglezers kennen hem nog wel, natuurlijk. De man gaat ondertussen ook wel al weer veertig, misschien wel meer jaren mee, maar voor de jeugd: hij was de voorloper van de Ali B's en de Lange Fransen van deze tijd. Nee, hij was geen rapper, integendeel, hij kon namelijk wel zingen en had echte rijmende teksten, maar het is even voor de begripsbepaling. 
Dus gaat het vanavond, ik tik mijn Blog laat, ik heb vanmiddag gewerkt en ben nog niet al te lang thuis, over de verbouwing van De Keten, naar een nog meer vernieuwend en dus winstmakend concept. De Keten is druk met verbouwen va alle filialen, ik gaf het al aan. Om dat te kunnen bekostigen, moeten mensen vaak de helft van hun salaris inleveren. Bizar, ja, vind ik, als slachtoffer van dat beleid ook, maar goed, ik heb dat al ooit geschreven. (Toch merk je het wel in je knip.) 
Wil je een chronologisch overzicht? Nu ja, ik ga dat, een beetje geven. Ten eerste moet ik zeggen dat er geen, helemaal geen chronologie aan te pas kwam. Der werd maar wat aan "geklootzakt" en gerotzooid en gedaan en dat is tot vanmiddag, laat, zo gebleven. Vrijdag j.l. moest de toko uitgeruimd worden. Alle zaken moesten, in kratten geladen en op containers gestapeld, verzonden worden naar het grote centrum in de hoofdplaats van waaruit De Keten werkt, een voormalige vestingstad in de provincie. En ja, twee van die woorden tekenen ook helemaal waar de leiding van De Keten voor staat. Provinciaal en Voormalig. 
Provinciaal: want men is bang om het flinterdunne imago van: "wij zijn wel een echte supermarktketen  maar ook nog steeds op centen lettende kruideniers", te verliezen, door alles veel te groot en veel te flink aan te willen pakken, (kom ik verder, nu ja, later, op terug) en daardoor het "plaatje" kwijt te raken. Het was, dezer dagen, een ongeorganiseerde bende. Ik zeg dat niet zomaar: na jaren dienst bij het Korps Mariniers, weet ik wat een ongeorganiseerde zooi inhoudt! Personeel werd niet ingedeeld, niet ingelicht, niet verteld wat er ging gebeuren, dus ja, ik deed ook maar wat.
Voormalig: De Keten gaat nu (terug) grijpen op een half en half concept van de LIDL en de ALDI, die dat nog maar een beetje hanteren en er al van teruggekeerd zijn. Half en half verkoop van partijen op pallets en op niet uitgepakte dozen in allerlei "stellingen", planken, zeg maar. Een bende dus, niet netjes en niet prettig om mee te werken of om naar te kijken. Van die "moffen" weet je het, zo doen ze dat, maar van De Keten? Ik schaam me dood, eerlijk gezegd.
Ongeorganiseerd? Ja! Afgelopen vrijdag, bij het ontruimen van de toko, het in allerlei, vele, vrachtwagens laden van de goederen die nog in de winkel waren, stonden de oude groenteman, J. en ik met zijn tweeën de wagens te beladen. Nee, ik lieg. J, de "groentepik" is nog niet echt oud, nu ja, minder oud dan ik ben, (wie is dat niet?) maar wel een man die nogal wat rugproblemen heeft en behoorlijk wat werkjaren op zijn conto heeft staan. Ik heb, wat dat betreft, ook geen blanco strafblad. J. is misschien wat jonger maar heeft dezelfde werk ethiek als ik heb, Gaan, niet zeuren, niet janken, gewoon doen, maar het werd langzaam aan wel zwaar en behoorlijk vermoeiend. Niemand kwam ons helpen of aflossen, nu ja, wat denk je.
Ik was uitgenodigd door FM2 om vandaag wat te komen helpen, nu ja, om de nieuwe bedrijfskleding te komen passen. (later meer, veel meer.) Ik arriveerde, het was heerlijk fietsweer, op tijd om, weer samen met "mijn" groenteman, zo noem ik hem al jaren, de "versvracht" te gaan lossen. Met zijn tweeën, inderdaad. Weer stonden de beide "Grumpy Old Men", zoals men ons, denk ik, ondertussen noemt, maar wat nu een Geuzennaam voor ons tweeën geworden is, met zijn beiden achter de klep, zoals dat heet, en we losten de hele en volle vrachtwagen en sjouwden de hele vele en zware containers naar binnen. Ondertussen waren de "bouwmannen" nog gewoon aan het werk, ze liepen in en uit en dus moesten wij de containers door allerlei hindernissen en over allerlei hindernissen tillen voor ze in de winkel of in koel-/vriescel waren.

Nee, nee, nee. Aan FM en aan FM2 lag het (hopelijk) niet. Het HHM, de mannen en vrouwen in pakken, met, de mannen dan, kaal geschoren hoofden en de halfhoge laarsjes, hadden besloten dat het zo moest. Beide FM's konden er niet veel tegen inbrengen. (Denken we)

Maken jullie, lieve lezers/lezeressen, wel eens een "selfie"? Ik, nee, ik heb niet zo een "selfie" ding, ik schreef al eens dat ik nog een 'kolengestookte Nokia' heb. Maar sommige vrienden van mij, van De Keten, doen het wel. Helemaal onschuldig, overigens, hoor. Geen blote bipsen of andere nare voorwerpen op de foto. Nu ja, de gezichten van de mannen zelf zijn ook niet om aan te zien, maar dat is wat anders. Maar goed. Je maakt, aan het einde van de werkdag een zelfportret van jou en een paar gabbers. Je bent niet in Yab-Yum, bestaat dat instituut trouwens nog? Je bent niet in een hoog beveiligde bankkluis, je staat niet in het HK van De Keten, nee, je staat, zonder bedrijfskleding aan, in een magazijn waar je, op geen enkele manier, kunt ontwaren dat je in een magazijn van De Keten staat.
Je publiceert de pretfoto, niks pix toch? Nou, ik heb een hele boel nieuws voor je! Die "boeven", ja het is een zootje ongeregeld en ik ga niet graag met ze om, ik blijf vooral uit hun buurt, kregen dus enorm op hun lazer van het HHM, met name van de RM, ja die mijnheer met die laarsjes en het opgeruimde hoofd, zeg maar. Der dreigt zelfs straf! Voor die mannen! Wauw! Man! Een foto! Man, maak me gek! Bijna echt en helemaal anoniem geschoten, geen idee waar die foto genomen is! Niet herkenbaar als in een filiaal van De Keten, ik geloof zelfs dat die selfie genomen is bij de Bakkerij Het Stoepje.
Tja, mensen, hoe opgefokt kan je zijn?
=Nee, we zijn der nog niet=

donderdag 11 juni 2015

Simpele zielen of: waarom lees je niet?

De Keten heeft vast poen te veel. De hele serie filialen gaat namelijk een voor een verbouwd worden. Daarom werk ik nog maar de helft van de tijd, denk ik, om dat te kunnen bekostigen. Er zijn al een paar winkels opgeleverd in de nieuwe stijl en er is, woensdag j.l. een nieuw filiaal geopend, vlak bij onze winkel. Die was eerst in het winkelcentrum "Oostpoort", in Mokum, de stad der steden, gevestigd, maar is dus nu verkast naar een, zeg maar wat landelijkere omgeving in de Meer, tegenover een LIDL, nota bene. Maf, misschien, maar eigenlijk zo maf ook weer niet trouwens. In mijn stad, Amstelveen, is er een Deen, die de overdekte gang van het winkelcentrum deelt met een filiaal van de Duitse prijsvechter en, het schijnt dat ze elkaar niet bijten. Beide winkels zijn altijd druk bezet met publiek. Nu schijnt, hoorde ik van horen zeggen, dat wij, terug naar af, lees eerdere Blogs, ook een beetje een "no-nonsense" winkel gaan worden, waar je alleen maar je boodschappen doet. A-merk en C-merk, twee soorten jam, twee soorten koffie, zeg maar. Veel bulk verkoop en geen gespiegelde of nette winkel meer. Geen Kiala afhaalpunt meer, geen opladen van OV kaarten, niets van dat alles. Nu ja, soit, het zij zo.
Dinsdagavond was ik uitgenodigd om te komen helpen om de winkel uit te ruimen. Tussen 1800-2200 uur. Ik had natuurlijk geen ruk zin om te werken in die tijden, maar FM2, een fijne peer die ook nog eens een Ajax supporter is, deed me een aanbod dat ik niet kon weigeren, "an offer I couldn't refuse", om het in goed Nederlands te zeggen. Ik ga er niet dieper op in, maar ik zit nu dus met een diep bruin gekleurde kanis en dito armen en benen dit verhaal te schrijven, dus, ja ik was de rest van de week vrij. (onbetaald, hoor, dat wel.) Maar: heerlijk fietsweer had de man er ook nog in zijn deal bijgesloten, zo een goede verkoper is die ook nog!
Het is ondertussen mijn derde verbouwing van hetzelfde filiaal. In mijn eerdere bestaan heb ik nog nooit zo lang op een werkplek mijn kunsten vertoond. Bij de KM was het twee jaar, misschien iets langer, dat je ergens werkte, maar dan ging je weer naar een ander schip of kazerne of bataljon. Dus ja, ik kende het klappen van de "verbouwing zweep" wel ongeveer. De hele winkel gaat een week lang dicht, wordt op een bepaalde avond leeggehaald en en op een paar bepaalde dagen weer gevuld en gaat dan weer, met een helemaal nieuwe formule, weer open. Dat moet je aan je klanten doorgeven, natuurlijk. Voorlichting, communicatie, is belangrijk. Dus hingen we, we, da's even voor het gemak, twee weken van te voren, grote posters op, duidelijk genoeg, bij de ingang/uitgang van de toko, waarop stond dat we op "dinsdag 9 juni vanaf 1800 hr" gesloten waren en een week later, "woensdag 1706 om 0800 hr", weer geopend waren. Goed, moeilijk? Niet moeilijk. Nadenken? Niet nadenken. Lezen? Niet lezen! Zoals gezegd was ik aan het werk die bewuste avond. Een heerlijke avond. Er stond wel wat wind, maar die was nauwelijks koud te noemen. Ik had, vanaf 1800 uur, dan, met een aantal jeugdige en mij volkomen onbekende medewerkers m/v, nu ja, jongen/meisje, zo piepjong waren ze nog, bijna allen pubers, als eerste de DV uitgeruimd en in kratten gepakt en op containers geladen. Daarna was ik met Johan, de groenteman en een goede, hoewel mopperige, collega en vriend, de vrachtwagens aan het beladen en stonden we dus aan die in- en uitgang. 
Toen viel ons op dat mensen niet kunnen/willen lezen. Nogmaals, de mededeling omtrent de dagen en tijdstippen dat we dicht waren, hingen al twee weken. Ik herhaal het toch maar even, misschien hebben jullie, lieve en gewaardeerde lezers, het ook even over het hoofd gezien.
Dus ja, vanaf zes uur in de avond kwamen er een hoop mensen nog even shoppen bij hun vertrouwde, goedkope, ruim gesorteerde "Keten." Not, nicht, njet, non, nada, nee, dus. Als ik voor iedere keer dat Johan en ik ons riedeltje: 'Sorry-we-zijn-wegens-een-verbouwing- gesloten-en-zijn-volgende-week-weer-open-maar-morgen-gaat-het-andere-filiaal-open" een euro de man hadden gekregen, hadden we samen een Porsche GTL met radiaal ballen kunnen kopen. Zeg maar. 
'Ja', hoor ik jullie zeggen, 'maar die mensen spreken of lezen geen Nederlandse taal, die beheersen onze taal niet.' Tja, dat is ook wel een beetje zo. Mag je van die mensen, die vreemde gewaden en doeken over het hoofd dragen en vaak nog maar twintig jaar of meer in ons land verblijven, mag je dan van hen verwachten dat ze onze taal spreken of lezen? Ik bedoel, ze krijgen hulp en steun als het gaat om het invullen van allerlei papieren van de UWV, de sociale dienst, zoals dat vroeger heette, om een uitkering te krijgen, ze worden geholpen met het aanvragen van huur- en zorgsubsidies, het instellen van hun schotel televisies op de netten van het thuisland en ze hebben aparte loketten met mensen die hun taal spreken als het gaat om het verkrijgen van allerlei andere en vaak gratis zaken. Gelukkig spreken wij, mag je nog autochtonen zeggen, onze taal wel en mogen wij dus flink wat langer wachten bij allerlei loketten van de ambtenarij. Nee, nee, nee. Niet denigrerend bedoeld, helemaal niet. Cynisch, ja, sarcastisch, ook. Maar het is gewoon wel zo. 
 
Maar, geloof het of niet, het waren voornamelijk twintigers en dertigers, de bakfiets ouders generatie, zeg maar, die stom verbaasd waren over de sluiting. Met grote klo.. ogen keken ze om zich heen. "Verbouwen? Dicht?" 'Ja, het stond groot aangeplakt, mijnheer/mevrouw', repliceerden wij dan. Die generatie is natuurlijk helemaal druk bezig met allemaal sociale netwerken. De hele dag zo een ding aan je oor of voor je ponem, ja, dan mis je wel eens een rood stoplicht of een mededeling van een winkel. Winkels zijn voor die mensen natuurlijk niet interessant, hun "digitale" leven gaat natuurlijk voor. Tja, daar sta je dan. Geen boodschappen bij de Keten. In het begin van de avond wezen Johan en ik ze nog wel eens door naar de Blauwen, maar dat deden we maar niet meer, later.
Toen kwam er die mijnheer. Een donkere mijnheer, nu ja, ik ben toch lekker politiek incorrect aan de slag dus ik zeg gewoon dat het een mijnheer was uit de voormalige overzeese gebiedsdelen. Hij kwam rond negen uur en wilde de winkel in. Johan en ik waren even tussen twee vrachtwagens in, stonden even te puffen, ik te roken, als je me volgt en ik zei de mijnheer dat we dicht waren want: zie het riedeltje boven. De man wist het beter. Met een heerlijke Antilliaanse tongval bracht hij zijn Pod/Pad, hoe heet die zooi nu eigenlijk, tevoorschijn en gaf ons te kennen dat de winkel tot 2200 uur open was, daar stond alles op, namelijk. 'Ja, maar', zeiden we en draaiden ons riedeltje, zie weer boven, weer af. Dat pikte hij dus niet en wilde de manager spreken. Ik zag de nieuwe Regiomanager, ik had hem nog nooit ontmoet, maar Johan had hem als zodanig aangeduid, en vertelde de ontevreden mijnheer dat hij daar, bij die mijnheer,  zijn beklag moest doen. De nieuwe regiomanager is overigens een typisch voorbeeld vaan een HHM'er. (HHM, zie eerdere Blogs.) Hij heeft ook een kale kneiter, loopt in een pak met das en draagt ook half hoge laarsjes, in de kleur: bruin. Hij was dus helemaal in HHM uniform gekleed. De donkere mijnheer ging later weg. Ik vroeg hem, en passant, of hij tevreden was met het antwoord. Ik kreeg de vinger: "he shot me a birdie". 
De regio manager keek behoorlijk vals naar Johan en mij en verdween ergens tussen de ondertussen lege coulissen. Ik zag hem niet meer, die rest van de avond.

(Hij is de man trouwens die, ergens in maart, met mij wilde praten over mijn ziekte verzuim. Ik had vier dagen verzuim in twee jaar, ik vond dat niet al te veel en zie dat ook. Oh nee, zei de man toen, nee ik vergis me, het gaat over uw pensioen regeling. Ik neem heel binnenkort contact met u op en dan gaan we daar over praten. Heel binnenkort? Hoeveel maanden is heel binnenkort?)

=later meer: nieuwe uitstraling, een heerlijk en hartelijk afscheid van een collega en, geloof ik, over nieuwe kleding. Stay tuned=


woensdag 3 juni 2015

Ja, terug naar af, deel twee, hoor, wat dacht je?

Dus ja, wij, mannen van de vloer, staan nog allemaal, nu ja, allemaal, (we zijn nog maar met een handje vol en dat zijn, eerlijk gezegd alleen het KDT, met de hoofdcommissaris R. van dat KDT en ik, zijn assistent,) met grote klo.. ogen te kijken en met grote klo.. oren te luisteren naar wat er allemaal zal gaan gebeuren. Dat schijnt heel veel te zijn, namelijk een complete verbouwing van ons filiaal. Zelfs op de tussen etage, daar waar onze privé zaken, zoals onze kluisjes zijn, onze kleding hangt, wordt enorm gehakt en geboord en worden onze kastjes heen en weer verplaatst, zonder dat daar enig woord over wordt gesproken of om toestemming wordt gevraagd. Ik vind dat, eerlijk gezegd, heel vervelend. Het is het enige privé dingetje dat ik op mijn werk heb. Nee, ik heb er niets bijzonders in, in dat kluisje, gewoon mijn werk/burger kleding en wat spullen van "mijn eigen", niets geheim of zo. Maar, ik had, voor de vorige verbouwing, een collega, een mevrouw van Surinaamse afkomst, die altijd een flesje "Alcolade", een soort Eau de Cologne uit de tropen zeg maar, in haar kastje had. Als je nu zo een kastje versleept, dan heb je alle kans dat zo'n flesje breekt en over haar persoonlijke spullen wordt uitgegoten met alle gevolgen van dien. Ook andere collegae vonden hun kastje niet meer terug! Dus nee, ik geef die actie zonder voorkennis, een drie, zou Piet van het weer zeggen.
Een andere actie, die ik al helemaal geen drie geef, maar slechts een twee, is het feit dat er, tot op mijn vorige werkdag, geen enkel rooster hing, waarin we geïnformeerd werden over het hoe en waar en waarom. Er hing een korte mededeling van een van de leidingen, ja je hebt hem, dat we gingen verbouwen en dat we op dinsdagavond de negende juni vanaf 1800 uur, met "alle ballen moesten verzamelen." Goed bericht. Maar: als ik een vrije dag wil moet ik dat minimeus twee weken van tevoren aanvragen. Dienstroosters horen, volgens de instructies van het HHM, je weet wel, die figuren, ook minimaal twee weken van te voren klaar te hangen! Niet dus, dus niet. Bovendien, ik werk nooit in de avonden, mijn geest kan dat niet meer aan. Nee, onzin, maar ik heb privé redenen om niet meer te werken in de avond.
Maar, collega R., de enige echte collega die ik geloof ik nog heb, na al het snijden in het personeelsbestand, mag nu op die aanstaande dinsdag van 0600 tot 1800 gaan werken. Een werkdag van twaalf uur. Terwijl hij altijd vrij is op die dag! De man is, net als veel van zijn collegae en leeftijdgenoten, ook nog eens oppas vader. Dus denk ik, gaan we nu terug naar af? Naar 1863? (Dat was het jaar dat de slavernij werd afgeschaft. Even ter opvulling van het geheugen) Gaan we nu weer alle werkdruk leggen op de mensen die een fatsoenlijk arbeidscontract hebben? Gaan we weer de dieperik in? Gaan de bazen zich weer eens als bazen gedragen en hebben ze weer lak, ik had een ander woord in gedachten overigens, hebben aan het belang van hun personeel?
ik denk het wel. Wij, piepels, zijn inderdaad niet meer dan dat. Piepeltjes, pionnetjes, nummers. Niet te veel aan die mensen vertellen, hoor, ze komen er wel achter.
We hebben een collega (gehad), ene M. Een leuke en aardige vrouw. Ze werkte geloof ik bij De Keten, maar zeker al wel in het filiaal, voor dat ik er werkte. Wij, M. en twee vrouwelijke collegae en ik, waren ongeveer leeftijdgenoten, "ouwe knakkers", zeg maar. Maar: "ouwe knakkers" gaan best lang mee. Ze hebben hun opvoeding mee, altijd geleerd en gewerkt, ze hebben hun mentaliteit mee, doordat de ouders of opvoeders altijd er op gewezen dat we een baan moesten hebben en werken moesten. Dus werkte die collega zich de "koelera." zeg maar. Toen werd ze ziek. Een ziekte die haar leven een heel ander wending zou gaan geven. Levensbedreigend, zeker, maar op de lange termijn.
Ik leerde haar toen net kennen, ze sloeg zich, afnemend in conditie en esprit, zak maar zeggen, er door heen te slaan, met een Amsterdamse lach en met afstand nemen van die ziekte en haar omstandigheden! Ja en toen sloeg ook het echte noodlot toe, Haar man kreeg een dodelijke ziekte. Samen hebben ze zich er heel lang tegen verzet, heel lang dingen samen nog gedaan en uiteindelijk stierf haar geliefde. 
We hebben er veel over gepraat, ik ken en kende haar goed, heb haar hopelijk een beetje, en vaker af dan toe, wat steun verleend. Aan haar en hun zoon. Hoop ik. 

=Maar ook in haar geval was het een slecht afscheid. Heel onpersoonlijk! Later meer daarover, maar man oh man, wat kan je boos zijn op een baas=

dinsdag 2 juni 2015

Terug naar Af!

Eh, voorzichtig nu. Ik ga me een beetje op glad ijs begeven, hoewel de winter voorbij zou moeten zijn. Ik geloof daar niet veel van, eerlijk gezegd. De lief en ik zitten met een vest of in een shirt met lange mouwen wat te kleumen in huis. De meteorologische (het moeilijkste woord in de Nederlandse taal, schijnt)  zomer, is gisteren begonnen, maar niet met een Paukenslag in ieder geval. Het is kil, er staat een behoorlijk stevige wind en vanuit het raam van mijn studeerkamer zie ik de wolken over het firmament jagen, achtervolgd door meer en nog donkerdere wolken. Het is dat de bomen in hun frisse groen staan en dat de wegbermen nu op hun mooist zijn, maar anders had je "november" mogen zeggen. (Dat van die studeerkamer is niet waar hoor. Hoewel we nu alleen met zijn beiden zijn in een groot huis met een heleboel kamers wonen, zit ik nog gewoon gezellig in de overigens niet al te kleine huiskamer te tikken. Maar: stel dat ik zou willen, stel, dan zou ik wel een of twee kamers voor me zelf in kunnen richten. Een voor de fietsen en aanhang, kleding en zo, en een voor mijn boeken en PC.)
Ter zake: ik ga me op glad ijs begeven en het heeft wel iets te maken met vrouwen. Kennen jullie, mannen, getrouwd of hokkend al dan niet met mannen/vrouwen het verschijnsel? Komt het bekend voor? Je gaat dus met je meisje/vriend shoppen. In je eigen stad of dorp, in een buurstad of -dorp, op een vakantie adres in een stad of dorp, nu ja, waar dan ook. Je loopt door een straat met winkels, vol met winkels. Kamerbreed, een straat lang winkels, of: een centrum vol met winkels, een winkelcentrum. Of, erger nog, twee, tegenover elkaar. Ik woon in zo een straat en om de hoek zijn twee van die enorme winkelcentra. 
Je loopt en je kijkt en je vergelijkt. Maar: wat zie je? Vrouwen winkels. Ik bedoel: winkels voor vrouwen. Winkels vol met zaken die vrouwen interesseren en hun koopkracht en hun/jullie giro- of bankrekening saldo ernstig kunnen bedreigen. Ik noem: kleding/hoeden/schoenen/tassen/kleding/schoenen/babyzaken (als ze jonger zijn) kleding/schoenen/tassen. En, soms zijn er ook nog kledingwinkels tussen. En nee, nergens een plek waar jij, echte kerel, je eens kunt uitleven. Er is geen shop tussen waar ze de laatste modellen "Ipods/pads/laptops/palmtops/Cd's/telefoon dingen" en zo verkopen. Ook geen toko waar je stoere jeans ziet of dat lekkere leren jack dat je wilt hebben of die nieuwe wielerschoenen of, nu ja, dat wat mannen gelukkig maakt. Heel misschien, maar dat is heel misschien, is er aan het einde van de lange calvarietocht een snackbar. Een FEBO of zuks, of misschien een HEMA voor een snelle en vette, (maar dat heb je na zo een afpeigerende middag net nodig) dus vette en lekkere hap en je stelt al voor om een..  Maar je lief klopt lief op je toch wat uitdijende maag en zegt dat je dat juist niet moet doen en ja, dan sukkel je maar weer mee terug, want de geliefde in kwestie heeft wel alle winkels bekeken en betreden maar dat zesenveertigste paar schoenen, bij die eerste winkel zat toch wel lekkerder dan het drie en dertigste paar van winkel zeventien.Door de jaren wijs geworden doe je sluw: 'Onze parkeerkaart is nu, na drie uur, bijna verlopen, zullen we de auto opzoeken?', maar nee, de vrouw is sluwer dan de man als ze winkelt. (Anders ook wel, overigens.) 'Nou, verleng jij die even, je had toch zo een APP gedownload? Op dat ding met dat dure abonnement? Dan kijk nog even hier binnen, duurt niet lang hoor!'
Tja, herkenbaar? De lief en ik hebben een dikke twintig jaar geleden, misschien iets langer al, besloten dat dat niets voor ons is. Dus gaat ze solo. Hetgeen niet moeilijk is in onze stad. We hebben, ik zei het al, een winkelstraat voor ons en twee grote Malls om de hoek. Dus nee, ik kan en mag niet meer klagen. Zij shopt, ik lees of kijk verplicht naar fietsen op de buis. Maar ja, sluw als mannen zijn, bewonder ik dan wel weer de aankopen die ze gedaan heeft en trots showt, nu ja je kent het wel.

Dat heeft natuurlijk geen ene moer met een Super te maken, hoor ik je roepen! Dank je maar dat denk je. Ik kondigde het, heel voorzichtig, al even aan. Want, niet alleen dames zijn "besluiteloos", De Keten is het dus ook. We gaan veranderen. Zei "men". We gaan naar een heel ander concept en naar een ander soort winkel. Zei "men". Dat was het enige wat "men" zei. Over wanneer en hoe en wat, daar bleven de "men" nogal in het donker. Ja, rond begin juni gaan we even dicht en dan hebben we een nieuwe uitstraling. 'Is het ingrijpend?' vroeg ik aan een van de "men". Die vertelde dat we een ander concept winkel gingen krijgen. "Terug naar af", werd me verteld. Op mijn vraag wat dat inhield hoorde ik dat we weer een winkel werden waar mensen alleen maar boodschappen kwamen doen. Geen KIALA afhaalpunt meer, geen telefoonkaarten meer, geen oplaadpunt van OV kaarten of stomerij meer. Gewoon: boodschappen doen, that's it. Gewoon weer een voordelige supermarkt worden, zonder poeha. 'Blijven er nog wel mensen werken?' vroeg ik, een beetje hoopvol. Ik zag mijn pre pensioen al om de hoek loeren. 'Jij wel', zei mijn zegsman, ietwat bruusk, mijn hoop de grond inborend.
Dus gaan we, helemaal, geloof ik, nu ja, we krijgen geen enkele info op de vloer, van niemand overigens, terug naar af, schijnt. De zuivel gaat terug naar waar ze ooit was, de DV wordt weer haar vorige lengte, de groente afdeling verdwijnt weer naar de oude stek, geloof ik! Niemand geeft info, niemand vertelt iets. Dus ja, we wachten af en gaan verder schrijven over dit geheel. Moe, ja, ik wordt er nu behoorlijk moe en mistroostig van. Ik werk ongeveer 15 jaar voor De Keten en ben nog nooit zo in het ongewisse geweest als nu.

=verder over De Keten, over het NIET afscheid van een collega die er langer werkt dan ik, over de rommel die een verbouwing meebrengt=