maandag 16 september 2013

Weer terug

Het was een heerlijke tien dagen vrij, die ik beleefde. Het weer was misschien wel niet zo geweldig, maar toch heb ik wel de dingetjes gedaan die ik nog wilde doen. Een van die dingen, naast een paar keer gefietst te hebben, was een ontmoeting, noem het een mini reünie, met een stel oude marine maten. Ik had de meeste van de mannen tien jaar en meer niet gezien en een van die maatjes zelfs al meer dan vijftien jaar niet. (Men had mij ooit, voor ik hem tegenkwam op dat medium dat FB heet en waar ik nogal ambivalent naar kijk, zelfs verteld dat hij al jaren dood was. Maar niet was minder waar. B. leefde en genoot van zijn werk en het leven en zijn meissie en zijn kinderen en kleinkinderen). Ook F. en R. had ik al jaren niet gesproken. Toch, zoals dat bij oud marine gasten gaat, was het alsof je elkaar gisteren nog gezien en gesproken had. Een en ander werd, onder het genot van het (gelukkig) onvermijdelijke biertje, omgezet in een groep die nu regelmatig bij elkaar gaat komen. (hopen we en ik geloof dat ook)
Maar vandaag was het dus weer 'business as usual', zoals het heet. Nu ja, helemaal 'as usual' ook weer niet, want waar ik, voor mijn welverdiende vrije dagen op de fiets naar het werk ging, werd dat vanochtend met de auto. Het weer 'zat niet mee', zoals men dan zegt, want de regen striemde de straten van mijn dorp. (Ondertussen uitgebreid met minimaal een persoon, de jongste dochter die tijdelijk weer domicilie heeft gekozen in het fraaie Amstelveen) Het feit dat ik ook al mijn 'barang', wat dan weer bagage op zijn Maleis en z'n Marines betekent, mee moest nemen, hielp er aan mee om de keuze voor het voertuig niet al te moeilijk doen uitvallen. Met stevig zwiepende ruitenwissers reed ik de provinciale weg naar Ouderkerk op, op dit tijdstip niet gehinderd door de rode lampen, die in dit geval niets met de Wallen te maken hebben. God, wat een studentikoze lol, maar vergeef me. Ik was wat gespannen, want (en dit herkennen jullie allemaal) je moet weer in je routine komen. Je weet niet wat je aan het einde van de weg te wachten staat, ik bedoel, wat voor ter.... zooi men heeft achtergelaten tijdens jouw aanwezigheid en het tijdstip was ook nog al vroeg natuurlijk. Om even zes uur draaide ik de A2 op. Het was, voor A2 begrippen, redelijk rustig en een paar minuten later nam ik de ingang van de parkeergarage waar m'n parkeerkaart haar diensten bewees en alle slaghekken en rolluiken voor me opende.
Om zes uur kwam de collega van de bakkerij, we gingen naar binnen, ik kleedde me om en begon, met een wat angstig gevoel, mijn afdeling te inspecteren. Die zag er leeg uit, behoorlijk leeg. Maar het was geen oorlogsterrein zoals je die tegenwoordig ziet. Damascus, Aleppo, Istanboel en Caïro lagen er rottiger bij, maar dan ook maar net. Toen ik in de vriescel was gekomen, begreep ik ook waarom de vakken leeg waren. Alle restanten en delen van de vracht stonden rustig op me te wachten en haasten zich om te worden gevuld. Nou ja, ik had het ingecalculeerd. Een paar uur later, onderbroken door lossen en laden van de vrachtwagen en het netjes maken van 'de voorkant', zoals we de voorkant van de winkel noemen, oh ja, logisch, ja. Maar het is dus de  entree van de winkel. Daar ligt elke dag een berg vuil. Sigarettenpeuken, nu ja, daar doe ik ook aan mee, maar ook lege verpakkingen van saucijzenbroodjes of van die kaasbroodjes en zo, 'bladders' heten die dingen, lege blikjes energydrink, half opgezopen flesjes bier en natuurlijk overal afgescheurde snoep wikkels en van die broodclipjes, die witte met zo'n raar gat in het midden, je kent ze wel. Als ik door de Nederlandse dreven fiets, merk ik het ook. Ons land vervuilt met de dag. Mensen zijn te beroerd om hun shit in de vuilnisbakken te gooien, merk ik, iedere dag weer.
Ik heb het ooit moeten leren tijdens mijn geschiedenislessen. De Nederlandse huisvrouw stond bekend om haar 'properheid'. Ze boende, soms drie maal daags haar stoep schoon. Schreven Engelse, Franse, Italiaanse reizigers in hun reisherinneringen aan ons land. Nu is die Nederlandse huisvrouw allang bijgezet in het museum in Arnhem hoor. Of in het Amsterdams Histories Museum of in het Antropologisch Museum, denk ik, want, die huisvrouw is er niet meer. Het is een drukke zakenvrouw geworden, die met een Ipod, Pad, hoe heten die dingen eigenlijk, op een bakfiets met daarin drie of vier kinderen, niet alleen die van haar, maar ook van buren en zo, de weg naar de winkels zoekt, die grote en lompe fietsen daar parkeert waar jij ze niet wil zien staan omdat daar je lege spullen, of de volgende vrachtwagen moeten staan, en die vier (of zo) kinderen met allemaal een miniboodschappenwagen de winkel instuurt, waar het kroost, onder luid gejoel en gejuich, krijgertje, verstoppertje, oorlogje of welke game dan ook, nadoet, zonder te letten op andere clientèle, al dan niet op leeftijd of in meer of mindere mate valide. De moeders en bestuursters van de kinderfietsen lopen dan, gezellig onder elkaar keuvelend over de laatste nieuwtjes van de dag, die ze van die verlenging van hun vingers hebben ontvangen, hun boodschappen te doen, het aan het winkel personeel overlatend om de jeugd te temmen in hun gedrag.
Ik doe dat nog. Ik durf het ook nog. Dat komt natuurlijk omdat ik, qua leeftijd, voor die moeders een soort vader type ben en voor hun kids een soort opa type. Ik ben natuurlijk iets, heel iets, in de zestig, ben grijs, een beetje, (want ik heb niet veel haar meer) en heb nog steeds, als het moet, een soort Onderofficieren toon, in mijn stem. En dat helpt. Als ik zeg: 'Ho mannen, het is hier geen speelplek, naar buiten!', komt dat wel door, moet ik zeggen. Die hedendaagse Nederlandse huisvrouw accepteert mijn rol ook, trouwens. Ze zal wel moeten, vrees ik, want ik kan het niet anders en waarschijnlijk zijn zij de dochters van de kinderen van de generatie studenten van '68 die fel tegen 'autoriteit en so' waren, maar dat is speculeren mijnerzijds.
Al met al schoot ik lekker op en, tegen de tijd dat de nieuwe vracht kwam had ik slechts nog maar een restantkar te verwerken. Ik besloot om eerst de 'ouwe' zooi er in te trappen en dan morgen maar de nieuwe vracht te doen. Maar ik ben waarschijnlijk goed uitgerust geraakt in die tien dagen, want ik heb zelfs nog twee van de drie containers met nieuwe handel weg kunnen werken.
Om elf uur nam ik even een rookpauze. Dat doe ik altijd buiten. Mijn bovenkleding kan dan vaak even drogen van de condens die de diepvriesproducten nu eenmaal achterlaten en ik kan zelf even van het zonnetje of van de frisse lucht genieten. Ik stond, verdekt opgesteld, ik ga niet pal voor de deur staan, ik heb dan even geen zin in een babbeltje, mijn sigaretje te draaien en keek naar de, inmiddels blauwer wordende lucht. Boven Frankendael, een park met een chique restaurant erbij, zag ik vijf ooievaars cirkelen. Waarschijnlijk ter voorbereiding van hun tocht naar het zuiden.
Gadver, het wordt herfst.

2 opmerkingen:

  1. Moi Lucas,

    Tja daar sta je dan weer....aan het werk. Geeft niet zoals ik al eens eerder schreef als jij je onderknuppels goed instrueert dan kan je bij terugkomst zien of ze het hebben begrepen. Qua bijhouden van het werk. Ja en dan het schoonhouden van de voorkant. Dat zijn taken voor onderknuppels en niet voor 60+ ex ooff KM.
    Het lichaam was dus uitgerust zoals ik las, maar dan moet je niet gelijk teveel doen, dat zien de FM's ook en dan krijg je nog meer taken. Je moet aan je leeftijd denken dan we een verdeel en heers tactiek volgen, zodat jij oplet en anderen werken. En ohh jaa ROKEN tut tut tut dat moet je toch eens afleren.

    De groeten uut Ass'n

    Huub

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Hoi Huub, zoals usual, heerlijk om je kritiek te lezen. Maar: je bent geen geboren Assenaar. Die zetten de H voor het woord waar het niet hoort en laten het weg waar het wel hoort. Du het is: huut Hass'n en 'en kopkeren', maar groeten en nogmaals, thnx

      Verwijderen