vrijdag 27 september 2013

Hokjesgeest of tunnelvisie

Waar ik, nu dat ik zelf al weer meer dan elf jaar een NUKUBU ben, nog steeds niet tegen kan, is die verrekte hokjesgeest of tunnelvisie die veel mensen in het (niet militaire) leven mee- en uitdragen. Ik bedoel hiermee dat mensen, ik ga het nu even hebben over werkende beroepen en niet zozeer over sociale - of gezin omstandigheden, maar over bijvoorbeeld de collegae in mijn filiaal van De Keten. Dit verdiend een korte beschrijving van mijn werkomstandigheden. Ik begin om 0600 uur. Samen met een collega van de bakkerij, vaak de cheffin, 'openen' we. Men mag bij onze winkelketen alleen maar met minimaal twee mensen naar binnen gaan, dit, omdat er in het vrij recente verleden heel vaak een overval gebeurde op het moment dat een medewerker de deur wilde openen. (Bij veel filialen van veel supers, niet alleen de onze) De overvallers stonden dan, verdekt opgesteld, (ik vind dat mooi taalgebruik, wel) in het struweel of het schoekeloen, (ja, hier kick ik ook wel weer op, deze woorden) en deden hun heel nare en vervelende ding. Want, geloof me, het is niet om te lachen, hoor. Ze schoten, of schieten, niet met wapens, maar om de tegenwoordige tijd te gebruiken, het gebeurt nog steeds, er geen ene moer mee op, want alle kassa's worden de avond ervoor leeggehaald en het geld gaat in een enorme dikke kluis, die met een tijdslot is beveiligd en pas open gaat als de 'poenkar', de gepantserde auto, het geld af komt halen. Maar het komt dus voor. Ik heb een vrouwelijke collega, een kassamedewerkster, die iets dergelijks tot drie keer toe heeft meegemaakt. Niet dat ze zelf een wapen op het overigens fraaie hoofd heeft gehad, maar de dreiging die van de overvallers uitging, en vooral toen ze door hadden dat de overval niets opleverde en ze helemaal uit het dak gingen, had een enorme impact op haar en de andere mensen in haar groep. (Ter verduidelijking: die overvallen gebeurden alle drie in ons filiaal in Holendrecht. Da's een wijk in A'dam zuidoost, een wijk die ook wel bekend staat als het afvoerputje van Nederland. Ik kan het weten. ik heb er zelf twintig jaar gewoond (en er een aantal jaeren gewerkt) en mijn gezin en ik zijn uiteindelijk gevlucht voor de drugsoverlast, de agressie en de 'welig tierende criminaliteit'.) Zelf ben ik, gelukkig genoeg, nooit het slachtoffer geweest van een overval. Ik heb de nodige winkeldieven aangehouden of geholpen met het aanhouden van die galbakken, ik heb bakken agressie en woede en onredelijk mensen 'over me heen gehad' maar ben, in de tijd dat ik bij De Keten werk nog nooit bedreigt met een wapen, althans niet met een vuurwapen. Er is natuurlijk, in mijn vorige militaire bestaan, op me geschoten, ja, met scherp en met de intentie om mij, (en mijn collegae ook, natuurlijk) kwaad te doen en er ontploften mijnen en dat soort zaken, maar ik heb nog nooit het koude blauwe staal van een vuurwapen op mijn hoofd gehad en, hoewel niet gelovig, dank ik de hogere machten daarvoor. Ja, messen en andere steekwapens, dat is wel een paar keer gebeurt en, hoewel dat ook niet om te lachen is, waren dat vaak van die half zenuwzieke junks, die je dan met een correct uitgevoerde schop in de 'schaamstreek' uitschakelde. (Waarna ze kermend ter aarde zegen, hetgeen mij en mijn collegae een hoop plezier opleverde.) Oh, weid ik weer uit? Ik was me er niet helemaal van bewust.
Enfin, we mogen dus niet meer alleen het pand betreden of verlaten en moeten dus met een groep zijn. Twee mensen zijn in die definitie ook een groep. Ons filiaal ligt in een drukke wijk aan een drukke en doorgaande weg tussen Amsterdam Oost en Zuid in. Aan een zogenaamde verkeersader. Nu ja, de hoofdingang dan. De personeelsingang, waardoor wij naar binnen gaan, ligt aan een zijpad van die hoofdweg en is absoluut uitgestorven op dat moment van de dag. De aanwonende buren zijn nog in diepe rust en de mogelijkheid voor een overval is levensgroot aanwezig. Toch is die overval er nog nooit van gekomen en, zoals men zei en zegt: afkloppen dan maar.
In ieder geval, om zes uur zijn we binnen en begint ons werk. Dit tot volle verdriet van de mensen die boven onze zaak wonen! De Keten heeft, jaren geleden, ik was toen nog een adjudant bij de marine, het pand overgenomen waarin ooit een garage had gezeten en een een filiaal van een 'tapijtkoning' en er een fraaie winkel in gevestigd.
Vanaf zes tot zeven doe ik mijn ding en dan, vanaf zeven uur gaan we lossen. De grote vrachtwagen staat om die tijd voor de deur en dan is het opeens een heel gedoe. De ploeg die die ochtend werkt moet ongeveer zestig of zeventig karren met lege kratten of papier of vuilnis en dergelijke buitens zetten. Dat is een hoop werk. Maar hoe dan ook, rond kwart over zeven staat de stoep voor de winkel bezaait met net geordende karren. Dan gaan we lossen. En dan zien wij, 'de mannen van de echte losploeg', de tunnelvisie van de mensen weer, voor wie we de vrachtwagen moeten lossen!


H., vanaf hier een vlot herstel en een snelle revalidatie, man!
--Later meer--

Geen opmerkingen:

Een reactie posten