vrijdag 28 oktober 2016

Over de ARBO en bedrijfsartsen (2)

Laat me ten eerste zeggen dat ik natuurlijk helemaal niets op de ARBO en op bedrijfsartsen tegen heb. Integendeel, deze organisatie en haar werknemers zijn een belangrijke schakel in het gezond houden van de werkende mens en het weer op het juiste spoor krijgen van de zieke mens, maar! 
Die maar! zal je kunnen lezen in het onderhavige verhaaltje en misschien in de eindconclusie van deszelven verhaal.

Goed, de zoon liep dus, nou ja, hij liep niet, want hij had zijn kak gebroken, ziek te zijn. "Kak" zijnde Maleis voor been. Dat is overigens een bekende KM kreet. Wat uitleg: in de KM hebben we veel Maleise/Indonesische kretologie, zoals pendek, zijnde onderbroek, mandiën, da's onder het gemalen water staan, slamat makan, eet smakelijk en ook het woord kak/kakkie, wat been betreft. In Indonesië kom je het verschijnsel Kakkie Lima tegen, hetgeen "vijf-been" betekent. Zo'n Kakkie Lima is een man/vrouw die een driewielig karretje voortduwt waaruit hij/zij, met teww benen dus, dan schaafijs/loempia's/nasi/limonade and what have you, verkoopt, vandaar het woord vijf been.
Goed, de zoon hinkelde dus wat met krukken rond, deed een boodschapje in het naburige winkelcentrum, maar dat was dan ook alles. Blij werd hij er niet van en ja, wij, de pa en de ma, idem, ook not. 
Natuurlijk kwam er ook een brief van de ARBO dienst. Hij moest zich melden bij een vaag en saai kantoorgebouw, ergens in de uithoeken van Amsterdam West, tegenover Pinguïnistan zo ongeveer. (Pinguïnistan is zo genoemd naar die grappige vogels van het Zuidpool gebied, ook allemaal zwart-wit gekleurd en ook allen al waggelend, waar die vrouwen uit dat gebied op lijken.) Pinguïnistan is dat deel van de hoofdstad, maar ook van vele andere steden, hoor, waar de vrouwen alleen maar 'gehoofddoekt' en met lange, allemaal op elkaar gelijkende donkere gewaden aan, de straten van die wijk bevolken, ondertussen kwetterend in hun taaltje en niet in staat om de taal van hun nu thuisland te spreken, maar da's natuurlijk weer een andere discussie. (Maar: ga er eens kijken, op het Gulden Winkel Plantsoen en in de wijk Bos en Lommer zijn ze in het wild te bezichtigen.)
Maar goed. Hij moest zich dus melden op een bepaalde dag en op een bepaalde tijd en dat was vroeg in de ochtend. Omdat hij nog tot bijna aan zijn wenkbrauw in het gips zat en nauwelijks mobiel was, moesten de lief of ik, of samen, hem met de auto vervoeren. Het gebouw waar hij zich moest melden lag dan wel in de buurt van het station Sloterdijk, maar dan ook alleen maar geografisch in de buurt. De afstand van af het station is behoorlijk lang en probeer maar eens met krukken in bussen/trams/metro's te komen en daarna nog eens een half uur naar dat gebouw te huppelen. 
Maar, het tijdstip waarop zijn afspraak was, was om 0845. Kwart voor negen in de ochtend. Maar hij moest een kwartier VOOR de tijd aanwezig zijn, schreef men, dus al om 0830. Half negen dus. De route naar die dienst voerde over de ring. DE ring, de A10, richting Coentunnel. Nu heeft Rotjeknor veel fileproblemen, met die Merwedebrug erbij al helemaal, maar ook Mokum doet, qua filemeldingen haar best hoor en de A10 is wel heel erg berucht. We overlegden gedrieën en belden eens met de ARBO dienst.
Ten eerste zeiden we: "Goh, hij heeft een been in het gips, da's toch een duidelijk iets? We kunnen alle papieren/diagnoses en de de recepten van de medicijnen die hij moet gebruiken wel scannen en doormailen, toch?. En ja, kan dat gesprek niet telefonisch plaatshebben? Hij is zeker tot minstens eind november uit de lucht, vertelden de specialisten in het Amsterdamse ziekenhuis. En, ja, mocht dat dan allemaal niet lukken, kan de afspraak niet een uurtje verzet worden? We zitten op dat vroege tijdstip waarschijnlijk midden in de file en ja, dan zijn we dus te laat en moet hij de kosten van het consult ook nog eens betalen. Kunt U dat regelen?"
Nee, nee en nee, waren de antwoorden. Souplesse is dus geen hot item bij die ARBO dienst. Goed, niets meer aan te doen. We vertrokken dan op de afgesproken dag richting A10 en A'dam West. De lief was niet helemaal lekker en besloot om thuis te blijven.
Wij beiden reden het dorp uit, op die maffe rotonde waar je geen voorrang hebt, reden de A9 op en daar was het redelijk rustig. Iets verder lag de afslag naar de A10 en ik hield mijn adem al in, man, die enorme rijen stilstaande wagens! Maar: verdulleme: geen stilstaande wagens, geen rijen auto's, het was gewoon lekker doorkachelen tegen 80 aan het uur, de voorgeschreven snelheid voor de ring West! Dus ja, we waren al voor achten bij het object van ons doel. Ik zette zoon af bij de voordeur en hij krukte zich naar de imposante glazen entree. Ik had, oud militair blijf je, de dag of wat ervoor op de fiets een "recce", een verkenning zoals dat heet, gedaan en had gemerkt dat er achter het moderne pand een parkeerterrein was. Nu ja, natuurlijk was die er niet voor de cliënten van de ARBO dienst, bleek, lekker patiënt vriendelijk. Het zal je eens gemakkelijk gemaakt worden! Ik parkeerde veel en heel veel verderop. De zoon zat nog in de hal en samen kwamen we, we hadden de tijd, op de zesde etage, veel en veel te vroeg aan. We meldden ons en namen plaats, dronken koffie en thee en wachtten tot hij zou worden gehaald. De arts die hem zou spreken was slechts een half uur te laat, maar daarna werden we ook fluks gerholpen. "Ja, sorry, ik zat in een file", verklaarde ze. Zoon's vraag hield hij in. (Waarom zou hij wel moeten betalen voor de afspraak, mocht die niet doorgegaan zijn als wij in de file hadden gestaan en waarom hoefde zij dan niet te betalen voor de tijd die we nutteloos hadden doorgebracht?)
Nu ja, we mochten meekomen. "Goh, u hebt een gebroken been", zei ze. "U loopt in het gips. Ja, dan hadden we dit gesprek ook wel telefonisch afgekund, hoor. U had alle papieren en formulieren ook wel in kunnen scannen en door kunnen mailen!" We zeiden dat we dat hadden gevraagd en voorgesteld en zo en dat we nul op het rekest hadden gekregen.
Ze humde wat. "Ja, u bent logistiek medewerker en moet veel lopen en zo?" "Ja." "Dat gaat dus niet, natuurlijk." We knikten, nee, dat hadden wij ook aldoor, zonder dat we een drie- of vierjarige en waarschijnlijk hele kostbare opleiding tot bedrijfsarts hadden gevolgd. "Goed, nu ja, u moet eerst genezen, eerst het gips er af, revalideren en dus zeg, eind december komt u dan weer terug en dan zien we wel weer!" Zoon vertelde, behoorlijk aangedaan door het uit duren van de de afspraken, dat hij zijn job zo leuk vond en dat hij graag een vast contract wilde. Hij had het bij zijn baas helemaal naar zijn zin en of zij, de arts dan, een goed woordje voor hem wilde doen. Ze knikte wat en lachte wat en zei dat ze een nieuwe afspraak zou maken. Heel kil, zo kwam het over.
We namen de lift terug. Ik haalde, na een fikse wandeling, maar da's wel goed op mijn leeftijd, de auto en we reden de A10 op. En ja, natuurlijk was er een file. Twee uur later waren we thuis

Nogmaals: een bedrijfsarts is een nobel figuur. De ARBO dienst is een goede instelling. De enige zorg is dat beiden, instelling en artsen, weer eens worden ondergesneeuwd door de bureaucratie die de gezondheidszorg in ons land lijkt te gaan overheersen! Plannen voor dit, rapportages voor dat, tijdlijn schrijven voor zuks, draaiboeken voor zottem en allemaal papier en allemaal planningen en zorgplannen en dossiers. 
In "mijn", nu ja, misschien ook wel "onze", tijd, verpleegde de  verpleegkundige m/v en speelde de dokter, ook m/v doktertje en werden alleen maar temp lijsten en wachtrapporten, met patiënten observaties ingevuld. Nu lijkt de gezondheidszorg meer op een bundeling van allemaal steeds nauwer wordende groeperingen van administratieve nitwits, zie mijn eerdere berichten. De mensen "aan het bed" zijn nu onderhavig aan de mensen die dossier ridder zijn. En ja, dat is nu ook aan de hand met de bedrijfsartsen. Die diensten hebben geen enkel inzicht en interesse meer in de problemen en het lijden van hun patiënten, zoals het bij een gewone (al dan niet KM) artsen praktijk was, of hoort te zijn. Momenteel is het gewoon een "mensje", al dan niet gewond, al dan niet  psychisch gehavend, op een afspraken lijst. Er is helemaal geen emotionele band meer, ik zeg het fout, er is helemaal geen empathische band meer, tussen een bedrijfsarts en zijn/haar cliënt, want de patiënt is nu slechts een nummer in het bestand.
Tja, er lijkt mij iets fout te gaan, ergens?


Geen opmerkingen:

Een reactie posten