maandag 11 maart 2013

Het is begonnen

(De verbouwing: deel IV)
Het was vanmorgen bitter, maar dan ook bitter koud toen ik naar het werk fietste. Op een man na, die vanuit Amsterdam oost naar Amstelveen fietst en die ik (zo goed als) elke morgen tegenkom en begroet, waren de fietsers verder niet gezaaid vandaag. (Die man, een hele lange Surinaamse jongen, die op een dames fiets rijdt die haast twee meter hoog lijkt, werkt als schoonmaker in een van de twee grote, fraaie, en wat chique overdekte winkelcentra hier. Ik ontmoet hem geregeld en maak dan een praatje met hem. (Wat omstanders vreemd lijken te vinden. Waarom? Hij maakt schoon, ik vul vakken, jij opereert hersenen en je partner is astronaut. En? Het is werk, het moet gedaan en dus wordt het gedaan, toch? En nee, over geloof of seksuele geaardheid ga ik het helemaal niet hebben, rot op. Een goede collega is een goede collega, klaar!)
Een klein jaar geleden, die winkelcentra hadden net hoog gescoord in een winkelcentrum wedstrijd, kwam ik hem weer eens tegen, nu gekleed in een driedelig kostuum in plaats van zijn normale kloffie. Op mijn vraag of hij ging trouwen, mopperde hij dat dat het nieuwe werktenue was en dat hij en zijn collegae dat absoluut niet op prijs stelden, want ze konden nauwelijks bewegen in dat pak.)
Maar goed, ik reed dus vanmorgen ver voor zes uur naar het werk. De wind was straf en tegen en dat deed me deugd, want ik ben een echte Nederlander en, van alles wat gratis is, wil ik dan ook graag veel. Ik werd niet teleurgesteld.
Ik had al verteld dat het omkleden een probleem zou worden, ik leefde vanuit mijn 'plunjezak' zoals ik dat noemde, maar ik kreeg gisteravond een 'brainfart'. Ik heb dus vanmorgen zo'n mooie zwarte melk krat geconfisqueerd, zo'n krat die je vaak voorop de fietsen van dames ziet. Daarin kon ik mijn fietskledij kwijt en vervolgens borg ik dat geheel op bij kassa 10, aan mij aangeboden door H. onze hoofd cassiere. De dag begon als elke maandag, routinematig. Iets voor zevenen haalde ik de sleutels van het pand, opende de deuren en het anti-diefstal rolluik en maakte een aanvang om alle retour vracht buiten te zetten, iets later geholpen door S., een collega van de kip- en kaas- en vlees afdeling. Nauwelijks waren we bezig of een vloot, ik blijf marine, of in ieder geval een konvooi, van voertuigen begon zich te verdringen rond ons pand. Busjes van een elektrotechnisch bedrijf, met mannen in overals erin,busjes van een sloopbedrijf, met mannen in dezelfde kleding erin, vrachtwagens met containers, met ook van die in diezelfde modieuze kledij gestoken mannen en een paar personenvoertuigen met mannen in pakken daarin. Al deze mannen, er was echt geen ene dame bij, maf eigenlijk, spraken alle dialecten die zo ongeveer binnen onze landsgrenzen voorkomen. Ik hoorde Grunnigs, Friesk, Brabants en Overijssels.
Ondertussen losten wij de vracht, 'griepten'* en galden onder elkaar over die pleuris kou en dat het voorjaar wel heel erg ver weg was en deden alle voornoemde mannen hun dingen. Ze stoven de winkel binnen met stapels tekeningen en rol meters (de mannen in pakken) of kwamen met veel aplomb de winkel binnen met beitels, hamers, koevoeten en wat heb je nog meer om iets te gaan slopen. Maar, zoals alle lieden die het bouwvak aanhangen, doen, werd begonnen met onze koffie op te drinken en de kantine in een dikke walm van de rook van de  'schaamharen van de weduwe' te zetten. Eenmaal uitgerookt en uitgedronken viel de club op het interieur van de kantine en garderobe aan. Met veel geweld, echt.
Ondertussen was op de parkeerplaats naast onze winkel een containerpark opgebouwd. Zo snel en zo accuraat dat het een wonder leek. Vijf containers waren geplaatst. Drie met werkplaatsen en een opslag en een 'schaftkeet' en zelfs een hele toiletcontainer, met drie zitplaatsen en vijf urinoirs en zelfs met aan beide zijden van die container een RVS bak met drie kraantjes en.. een kacheltje. Mijn omkleed probleem was opgelost.
In no time waren kantine, garderobe en toiletten uitgebroken en/of afgebroken en verspreide de horde der slopers zich naar de parkeergarage waar ook van alles moest verdwijnen. De elektrotechnische werkers deden vage dingen met heel veel kabels en kabelbomen en keken vaag en zeiden vage dingen: 'Die P2S, hier, Arie en dan doe je die 8 zwart op de plek van de nul restent, hejje de groep negen alpha der aluit? Nee? Nou, Karel, doen jij dat dan snel anders is het gedoe, he Abdel, die kabelrol mot naar de drie, ok?' Nou, ik begreep het ook niet.
Ondertussen ligt mijn hele automatische bestelsysteem van de DV eruit. Ik krijg al weken nauwelijks vracht binnen. Dat betekent dus niet veel werk en dat is dus lekker gemakkelijk, maar het is de griep voor mijn verkopen. Ik heb nauwelijks pizza's (in supermarkt verkopen bijna nummer een) binnen gekregen en mijn DV groente schappen (de nummer twee) zijn ook al zo goed als leeg. Ik griep daarover tegen mijn FM2. Die griept terug dat hij ook behoorlijk pissed off is, maar dat hij er nu, alle Pc's  en alle automatisering systemen liggen er (tijdelijk?) ook uit, ook niets aan kan doen.
Om twaalf uur kleed ik me om in mijn nieuwe 'huisje', de toiletcontainer. Er brand een kacheltje en, hoewel de buitendeur niet goed sluit, is het iets boven nul, binnen. Er is een lid van het bouwvakgilde dat net even een 'grote' gaat doen en dat ruikt stevig. Als hij later, opgelucht kijkend, het hokje verlaat zeg ik tegen hem: 'Ik ken je vrouw niet, maar zo te ruiken kookt ze lekker!' Niet begrijpend kijkt hij me aan, en mompelt wat in een Brabants accent.
--Je bent nog lang niet van me af. Maar! Lees ook even de verklaring na het *--

* Het woord 'kankeren' is een heel veel gebruikt en wijdverspreid woord. Ik ga het niet meer gebruiken. Ik ben net ff teveel geconfronteerd geweest en wordt dat nog, met waar het woord eigenlijk voor staat, (en zal er misschien binnenkort weer op een nare manier mee geconfronteerd worden,) met de ziekte dus, die achter dat op zich  al lelijke woord, (in het Duits heet het Krebs, ook al zo lelijk), staat, dat ik vanaf nu het woord 'griepen' zal gebruiken. Een woord dat in de marinetaal hetzelfde betekent, maar milder is. Begrijpen jullie me?





1 opmerking:

  1. Hahahaha ja Lucas live is hard when it is cold. Maar we moeten er door. Hou die slopers en bouwvakkers in het gareel en gebruik je miliraire experience daar voor.
    Ja en Brabanders ik weet niet anders dat die als ze al schijten meuren als zwijnen.

    Groeten Huub

    BeantwoordenVerwijderen