zaterdag 22 februari 2014

Concurrentie (1)

Der zijn dus gewoonweg dingen in je leven die je niet wilt hebben, kan velen of die je niet wilt beleven. Dat is bij ons mensen natuurlijk voornamelijk in de relatie sfeer, je wilt echt geen andere gegadigde voor je lief(ie) zien binnen of tegen komen. Een medeminnaar, dat is een vervelend mens die tussen jou en je (misschien nog prille) partner, of je lief van, in mijn geval, meer dan dertig jaar in komt te staan en waar diegene die jij dan bemint ook nog eens lief tegen gaat doen of genegenheid aan of voor, ik weet het juiste woord niet zo, gaat tonen. (Laat staan dat ze nog eens intiem gaan worden ook!) Er gaan golven van jaloezie en afgunst en afgrijzen door je heen! Hoe kan die ander die zo en zo, die vreselijke kerel of dat gruwelijke wijf nu beter/leuker/liever vinden dan dat jij bent? En jij gaf hem/haar alle liefde/vriendschap dan wel genegenheid die je maar kon geven! Is die nu helemaal van de fok.... pot gepleurd? Heb ik alles gegeven aan hem/haar in deze jaren?
(Nee, een relatie van minder dan twee jaar telt niet, dat is gewoon een aaneenschakeling van snelle wi.... en die hebben niets met een relatie te maken, hoor. Maar het zijn wel prettige en 'sportieve' jaren, natuurlijk.)
Maar, als je dan, na die relatie van meer dan die door mij voorgeschreven twee jaar ook nog eens merkt dat je geliefde/partner/vriend/vriendin naar een ander loopt, ondanks al het werk dat je aan je relatie gegeven hebt, ondanks alle tijd die je geïnvesteerd hebt, dan, ja, dan ben je besodemietert en mag je je ook besodemietert voelen, vind ik. (In ons geval gaat dat verhaal niet op, hoor, maar het is even een inleiding naar het eigenlijke onderwerp.)
In het menselijke verkeer noemen we het "vreemd gaan", maar in de echte wereld van het zaken doen en van de boodschappen halen, heet het gewoon "concurrentie". Wees eerlijk, waar ga je naar toe voor de beste en goedkoopste boodschappen? Naar De Keten, ja, hoor, ik hoor het je zeggen, maar da's flauwekul, natuurlijk. Nee, wij, mensen, gaan naar die toko waar we ons goed voelen, daar waar ze een mooi assortiment hebben, (en een assortiment dat ook nog eens te betalen is) maar het allerprettigst winkel je in een toko waar je als mens/vriend/bekende/klant is koning behandeld wordt. Dus niet bij de mannen/vrouwen in het blauw. Ik schreef daar eerder over. Ik doe, al een tijdje, mee aan de on-line tevredenheids-onderzoeken van die super. Ik heb, (ik 'moet' daar noodgedwongen wel shoppen, het is de meest nabije super) ooit toegestemd om, helemaal vrijblijvend mee te doen aan enquêtes, en ik krijg nu maandelijks een digitale vragenlijst thuis gestuurd. Tot de laatste maal was ik altijd heel eerlijk en secuur in mijn antwoorden en in mijn op- en aanmerkingen. Ik had wat, vage, kritiek op het gebruik van het 'sealen', (laat maar even zitten voor de niet supermedewerker), van karren, had wat minder vage opmerkingen over de toegankelijkheid van het personeel, namelijk bijna niet, had  nogal wat op te merken over de 'zichtbaarheid op de werkvloer van leidinggevenden' en zo. Ik had wel contact met twee of drie mannen die er werkten en ik mocht en kon hun namen dan ook vermelden, maar ik heb, heel voorzichtig, ooit eens aan die mannen gevraagd of ze wel eens feedback kregen over diverse enquêtes, maar ik zag alleen gezichten die dachten dat ze het hoorden onweren in een grote stad in Duitsland, beginnend met een K.
Nee, dus. Geen communicatie naar het personeel toe, zoals dat zo fraai in dat soort termen heet. Maar, dit terzijde, wilde ik aanvankelijk zeggen, tot ik afgelopen vrijdag, heel terloops aan een man werd voorgesteld. Deze nog jonge kerel, in mijn ogen is iedereen jong tegenwoordig, maar dat komt met het stijgen der jaren, maar deze man was verbonden aan een 'onderzoeksinstituut' dat dus onderzoek ging doen, naar, volgens zeggen, de werksfeer op de vloer. Even dacht ik dat het weer zo een vage was, zo'n sociologische Harry, die met allerlei sociologische prietpraat aan kwam rennen, maar dat viel, in het korte gesprek, erg mee. Hij legde heel kort uit wie en wat en ik probeerde een balletje op te gooien door het over 'te behalen targets' en zo te hebben. 'Ja', lachte hij, 'ik weet wat je denkt. Controlling areas en work audits en dat soort gedoe en zo, toch? Nee, hoor, ik wil gewoon weten wat jullie, de 'mensen op de vloer', nu ging het bijna mis, maar ik bedacht opeens dat ik die woorden ook geregeld gebruik, 'wat jullie van de praktijk dus nu echt over je werk en je werkomgeving denken. Maar ik ga wel alle afdelingen van De Keten langs. Dus ook de managers, de directie, de mensen in het DC en zo.' Het gesprek babbelde nog even door, terwijl ik mijn wielersokken en -schoenen aan zat te trekken. Iets later zat ik op de fiets en reed heerlijk op het gemak, handjes op het stuur, zoals wij dat noemen, naar huis.

Op het moment van schrijven, een heerlijke zaterdagavond laat, met weinig  of geen gedoe, de spelen in Rusland zijn bijna afgelopen, (liever gezegd, het Nederlandse schaatsgeweld) en ons fraaie en volgens zeggen o zo 'kleine k.. landje' staat er goed voor, met 24 medailles of zo, waarvan, geloof ik 22 in het schaatsen. In de US of A, vinden ze dat allemaal maar heel raar. Er zijn serieuze verslaggevers en commentatoren geweest die riepen dat wij Nederlanders zo goed waren omdat we allemaal op de schaats naar het werk gingen of per glijijzer familieleden bezochten en dat het hele jaar door! Dit vermengd met de legende van Hans Brinker, dat mannetje met de vinger in de dijk, waarvan er een mooi standbeeld, hoewel wat klein, in Spaarndam staat en waar Hank de Yank heilig in geloofd, maakt het beeld van tulpen, molens en klompen, Cloggies, compleet voor de zonen en dochters van George Washington en zijn opvolgers.
Maar, hoe dan ook, het feit ligt er, dat die Cloggies, zoals de Buts ons noemt, waar Buts is een Mariniers scheldwoord voor Engelsen, met een heleboel medailles en prijzen naar huis gaat.
Hoe dat komt? Door gebrek aan concurrentie. Concurrentie houdt je scherp. De concurrentie uit de omringende schaatslanden is gering. Een jaar of zo geleden waren de Noren, de Duitsers en een heel klein beetje, de Zweden en een enkele Rus of Italiaan, nog bedreigingen voor de titels van de Nederlanders.
Maar het is nu voor die landen net zoals met die vogel die jouw meisje wil afpakken. Dat houdt je ook scherp en je gaat nog even een stap verder dan die boerenhork die zich tussen jou en je grietje wilt dringen. Maar je moet wel willen concurreren. En dat concurreren en die concurrentie, daar ga ik verder over schrijven, maar niet nu, er is een programma over The Beatles dat ik even wil horen. Het zal wel weer alleen maar ge OH zijn van semi interessante figuren en heel weinig muziek, maar ja, die mannen uit Liverpool waren wel een heel groot deel van mijn jeugd.
Een tip van de sluier wil ik even oplichten: afgelopen week is er een LIDL geopend, in onze wijk, de wijk waar ik werk. Concurrentie dus.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten