donderdag 24 oktober 2013

Geluk (een beetje) en verdriet (een beetje meer)

Ja, die twee items, geluk en verdriet, liggen dicht bij elkaar, natuurlijk. Je kunt gelukkig zijn in je verdriet en verdrietig zijn in je geluk. Stel: een mens of dier of voorwerp, nu ja, dat laatste overdrijf ik, maar ik kom er even op terug, heel erg beneden, lijdt aan een nare ziekte, overlijdt en je bent verdrietig dat je die mens verloren hebt, maar aan de andere kant ben je "gelukkig" dat die geliefde het vreselijke lijden of die afschuwelijke pijn of die nare medicijnen en die afgrijselijke onzekerheid van het wachten op het sterven nu niet meer moet lijden en dat die geliefde waardig kan sterven. Vandaag, als je het Blog leest, al weer een dag of wat geleden, overkwam het me. Ik ben druk geweest met een boek te schrijven. "Het Slagkruiserplan", ik liet er al stukjes over lezen, op een ander Blog overigens. Ik had het manuscript vier maanden geleden naar een uitgever gezonden en kreeg, zie datum van desbetreffend Blog, het bericht dat: "de keuze is niet op Uw manuscript gevallen."
Ja, dat geeft (wat) verdriet. Ik ben een half jaar, dagelijks, aan het werk geweest met het manuscript en niet alleen met het intikken en het uit werken van de tekst. Veel vrije momenten, die ik even had, was ik bezig met het bedenken van de verhaallijn, het plot, de personen, met subplots en zo. Ik ging naar de locaties die ik in het boek had beschreven en vond dat vreselijk leuk. Dat het manuscript geweigerd zou worden daar had ik natuurlijk al wel rekening mee gehouden. Goh, je schrijft (en je schrijft heel goed), hadden vrienden en kennissen en familie, die eerdere boeken van me hadden gelezen, me ooit verteld. (Ik heb drie boeken geschreven over mijn passie: het fietsen. Het laatste boek ging over mijn beklimming van de Alp d' Huez en hoe dat allemaal zo gekomen was.)
Maar, het is een beetje zo, dat je kind afgewezen wordt in een vriendenkring waar het graag toe zou behoren of dat je kind opeens anders is dan dat je dacht wat het zou zijn of worden.  (Dit is cryptisch, maar mee lees vrienden begrijpen me, zonder me na te wijzen. Ook cryptisch.) Dus, nee, heel happy was ik (eventjes) niet. Ik heb natuurlijk nog meer ijzers in het vuur en ik blijf dat 'boek' insturen naar andere uitgevers.

Je kunt ook ongelukkig zijn in je (klein beetje) vreugde. Ik weet niet of ik het al te vaak heb opgeschreven, maar we wonen heel gelukkig en tevreden in Amstelveen. Goed, er werd wel eens een liquidatie uitgevoerd vlak bij onze woning, (tot twee keer toe hoorde ik de schoten, ging naar buiten om te kijken, ja, natuurlijk en rook zelfs de kruitdampen, heerlijke geur eigenlijk, want ze bracht me een beetje naar dat vorige leven terug), er werden ook meerdere ramkraken gepleegd op een winkel onder ons huis, (waarbij ik ooit als een dolgedraaide Zorro eens met mijn eresabel, die ik als adjudant van de KM had verstrekt gekregen heb lopen zwaaien en toen als dank van die ramkrakers een wapen op mijn kanis kreeg en als dank voor het vroegtijdig verjagen van die gasten, door de wouten bijna in de boeien werd geslagen in verband met verboden wapenbezit), maar volgens mij is het in Amstelveen nog steeds geweldig goed en ontspannen wonen.
(Oh ja, dat vergat ik helemaal in de HUTSPOT Blogs. Er komt dus nu echt en definitief een De Keten in Amstelveen. Volgens een insider, zou die vestiging in het volgende jaar al geopend worden en in het Stadshart komen! In principe voor mij goed nieuws. Ik zou daar dan kunnen gaan werken en niet meer hoeven te reizen (en dus helaas minder fietsen) maar ik heb mijn huidige werkplek nog te lief, dus ik blijf mijn laatste vier jaar wel uitzingen in mijn huidige filiaal, hoor. Dat "legt der an", natuurlijk, of de huidige FM1 aanblijft, maar dat zie ik dan wel.)
Maar goed, ik kwam vandaag bij mijn vaste vestiging van de AKO, die tegenover de Appie is gevestigd. Ik kom er al zolang we hier wonen, nu al een dikke tien jaar of zo. Ik heb het personeel zien komen en gaan en heb gedurende al die jaren een band opgebouwd met de meeste van die mannen en vrouwen. Sterker, we zijn op voornaam basis. Daar hou ik van. Ik houd van een beetje informeel, hoewel ik ook heel formeel kan zijn als het moet, die erfenis van vroeger, natuurlijk toen ik nog een Admiraal of Generaal kon begroeten met een saluut waar een Marinier U tegen kon zeggen. Dat moest ik vaak in een bepaalde periode toen de groep KM personeel waar ik "de baas" van was, ergens in Kosovo was gelegerd. Er kwamen, behoudens ritsen ministers en staatssecretarissen en partij hotemetoten, minstens vier personen van "den Koninklijke Bloede", hun gezicht laten zien, waarbij ik er drie heb geholpen om zich in een net militair tenue te hijsen. Daaronder de beide recent van kroonprins tot koning bevorderde soevereinen  van ons land en van onze zuiderburen.

Goed, ik doe dus mijn krantjes kopen en mijn rookgerief halen bij die AKO en ik zie dat R. me zal helpen deze morgen. R. is een (in mijn ogen) jonge kerel, begin dertig of zo. Hij is aardig, (een beschaafde verkoper, zoals men dat ooit zei) behulpzaam en altijd bereid tot het bestellen van soms nog niet eens in ons land verschenen Engelstalige boeken die ik dan zo nodig weer 'mot hebben!' De man kan wonderen doen en ik heb hem wel eens vergeleken met Hans Klok of dat soort illusionisten. Vaak vroeg ik op maandag om een boek, laten we zeggen: Prague fatale van Philip Kerr en met een soort nonchalante: 'Oh ja, ik heb wat voor je', greep hij de dag erop het boek van achter de toonbank, mij stomverbaasd achterlatend, want ik wist eigenlijk dat het boek nog niet in ons land te krijgen was. Wat een service! R. heeft natuurlijk zijn contacten in die wereld, maar toch, ik vond en vind het allemaal heel knap.
Enfin, ik kwam afgelopen woensdag mijn dingetjes halen bij de AKO en R. stond achter de toog. Ik rekende af en hij zei: 'Goh, Lucas, ik heb net je Blogs zitten lezen. Man, die zijn zo leuk!' Ik was stomverbaasd. Ik had van sommige collegae wel eens gehoord dat ze mijn stukjes leuk vonden, maar behalve in familie- en vriendenkring wist ik niet dat ik 'gelezen' werd. Ik bedankte hem uitbundig. Schrijvers, en ook mini schrijvertjes, zoals ik, zijn enorme ijdeltuiten die het geweldig vinden dat men dingen van hen leest! We kletsten nog wat en ik ging verder, moest opschieten, want de kleinkinderen zaten te wachten op de oppas oma en opa.
Hoe leuk de reactie van R. ook was, heel goed in mijn vel zat ik niet. Ik had net de dag ervoor gehoord van de dood van een man die ik erg hoog had. Ik heb net het overlijden van mijn maatje J. verwerkt, zie ook schrijfsels daar over, en nu kwam dit weer. Kees, heette de man. Ik kende hem niet van haver tot gort, dat niet. Ik had meerdere keren met hem in een examencommissie gezeten, had vaker met hem overleg gehad over het wel en wee van patiƫnten en de koers die we moesten nemen met die mensen, die soms de pedalen een beetje kwijt waren en ik had hem leren respecteren als een groot mens. Dat was hij ook. Een forse man met een enorm stemvolume, een 'kop' en een enorm empathisch vermogen. Niet alleen met zijn patiƫnten, maar ook naar het personeel.
Kees kende geloof ik iedere ziekenverpleger die bij de KM diende, bij naam en toenaam en begroette je zo ook. Aanstaande zaterdag ga ik naar de crematie. Ik weet nu al dat de aula te klein zal zijn voor het toegestroomde publiek. Ik geloof dat Kees alleen maar vrienden had.

Even over dat voorwerp, het ding,  waar ik het even over had in het begin, over dingen, die je mist.
De "Voyager 1" is nu uit ons zonnestelsel verdwenen. Daar heeft ze net zo lang over gedaan als mijn oudste dochter jaren heeft. Ze is in september 1977 gelanceerd. Nu is ze daar helemaal alleen in 'outer space'. Trouw haar opnames door seinend naar NASA.
Sentimentele l.., hoor ik jullie, het is een ding uit alu en staal en plastic, gek en ja, het is gezwets. Maar: ik heb vele schepen bevaren en er is nog nooit een schip geweest, dat ik haatte. (De bemanning, de commandant, de officieren, ja, maar de schepen zelf, nooit) Al mijn schepen, ja, stalen wezens, dode stukken aan elkaar gekit metaal, gaven mij een gevoel van: hier hoor je thuis jongen, hier ben je thuis, dit is je veilige haven. Zeelui zeggen dan ook 'haar' en 'zij', tegen schepen, wist je dat? Schepen zijn voor zeevarenden een levend wezen, iets met een ziel. Stel nou dat die Voyager ook ooit zo beschouwt is geweest door de mannen en vrouwen die haar bouwden? En die haar foto' en een gouden LP meegaven om eventuele "wezens" die haar mochten tegenkomen een idee te geven wat het leven op aarde was?  Dan heeft ze toch een soort ziel meegekregen, terwijl ze nu helemaal alleen, helemaal als wees, in die ijskoude en onbekende verlatenheid reist. Ze kan nooit meer terug en ze zal nooit meer een aardling ontmoetten! En de mensen die, natuurlijk niet meet dezelfden als ooit, die, af en toe, een keer per maand of zo, denk ik, haar reis proberen te controleren?:
Ik ben wel blij dat, toen Voyager werd gelanceerd, er geen Goor of Geer bestonden. Stel dat de ruimtewezens die hadden gezien op de gouden LP! Man, Star Wars was onmiddellijk begonnen!
 

1 opmerking:

  1. Mooi Bert. Ik hoop dat je blijft reageren op mijn 'stukkies'. we zien elkaar weer in het nieuwe jaar. Sterkte, succes en geluk in de familie.

    BeantwoordenVerwijderen