woensdag 21 januari 2015

Over Veteranen, deel twee.

(Door een goede gabber, een van de allergoeiste, werd ik er op gewezen dat een afkorting van V met een 1 of 2, nare herinneringen zou kunnen ophalen bij mensen. Dus nu zet ik er maar het woord "deel" voor. Bedankt makker B. en tot in maart.)
Zoals ik als schreef zijn V. mensen die met een bepaald ideaal of met een bepaalde doelstelling in militaire dienst gegaan zijn. (Ik klets nu alleen even over de militaire V.) In mijn geval was het een directe reactie op de vreselijke inval van de Russen in Tsjecho-Slowakije, waar een democratisch gekozen regering werd afgezet, door de partij een partij, nee, een stroming, van geïndoctrineerde idioten (zie de link met vandaag, de IS en de jihadisten) die jaren lang eenzijdige voorlichting, lees hersenspoeling, kregen. Van mijn toenmalige collegae waren er dat overigens veel meer. Officieren zeggen dan: "de vrindjes van mijn jaar hadden een eens lopende mening", maar ik ben van een andere komaf, niet zo hoog opgeleid, maar wel directer en praktischer ingesteld, wij zeiden: "die gasten van mijn blikkie hadden hetzelfde idee". En dat idee prevaleerde in mijn tijd zeker. Soit.
In ieder geval hadden wij toen, maar ik geloof dat de militair van heden dat nog heeft, het idee om in het geweer te komen tegen een oprukkende vijand die onze democratische poorten van de vrije mening en de vrijheid "an sich", kwam bedreigen. (Democratische poorten, hoe kom ik der op?) Dus ja, we hadden een ideaal, een mening, we wilden ons inzetten voor iets vaags als: en nu ga ik de Popi uithangen: "Je suis Charlie", of: "Ich bin ein Berliner", of als: "Right or wrong, my country". Maar: voor de vrijheid in ieder geval, begrijp je?
Voor de poen deden we het niet, echt niet. Schreef ik al eens dat een militair nette armoede leed? In die jaren in ieder geval? Helaas voor jullie, nu ja, jij, de ene lezer, ga ik even terug naar mijn marien jaren. Je ging varen en had het recht op je salaris, maar meer niet. Had je de mazzel om een buitenlandse haven aan te doen dan kreeg je voor elke dag dat je binnen lag een bedrag aan havengeld. Dat was voor korporaals en manschappen, geloof ik zes gulden per dag, voor onderofficieren acht en voor officieren tien piek, of zo. (Ik ga morgen wel een berichtje van een van de oud collegae krijgen met de juiste getallen) In ieder geval kon je van dat bedrag net aan je ansicht kaarten en je postzegels voor de brieven naar huis kopen.
Oeps, een uitleg is nodig: ansicht kaarten waren foto's, afgedrukt op karton. De foto's gaven een beeld van de omgeving waar je zta en op de achterkant kon je dan het adres van je: vul maar in, schrijven.
Daar deed je dan een postzegel op, zo een lokale, en dan stuurde je die naar de geadresseerde. Brieven: er bestond ooit, in de jaren negentig van de vorige eeuw, dat er nog geen mobieltjes. Pods, Pads, Internet, Facebook, Skype, Hyves, nu ja, dat zuks dan, bestond. Nee, ik f... you not. Er is ooit een wereld geweest zonder die zaken. Bellen naar huis? In een beschaafd land, in Europa of in de States of zo, dan wisselde je een heel bedrag aan guldens in de lokale munt om, zocht een telefooncel op en stortte dan een half weeksalaris in een gleuf om even drie minuten met je meissie te kunnen praten. Soms moest je, in verre landen waar men nauwelijks Engels, Frans of Duits sprak, bellen via een telefooncentrale. Je gaf dan het nummer van thuis op en dan werd je vriendelijk verzocht even plaats te nemen, terwijl men verbinding maakte. Ik heb in Soerabaja ooit eens vijf uren zitten wachten om een van mijn kinderen te kunnen feliciteren.

Dus: nee voor de poen, niet doen. Maar voor die andere zaken deden we het wel. Nee, ja, ik ga eerlijk zijn: er was ook een bepaalde avonturiers geest, die bij ons heerste en nu nog heerst. Het was allemaal spannend en zo, natuurlijk, dat geef ik helemaal toe. Maar in ieder geval: wij deden het. Er was een overgrote groep mensen die dat niet deden en die gingen studeren en zo. Dat konden ze doen, omdat de vrijheid om te studeren, welke richting je ook maar koos, mogelijk werd gemaakt door de mensen die die vrijheid verdedigden. De V.
De V. ging waar ze moesten gaan, deden wat ze moesten doen en klaagden niet. 

=Even terug: de V. klaagde niet, maar griepte dat het een aard had. Maar: binnenskamers dat wel. Maar, de mensen die door de zorg van de V konden studeren en zich konden specialiseren in politiek of in het zakenleven, rekenden later wel even af met die V.=



Geen opmerkingen:

Een reactie posten